Homemadecooking by Hugo Vanderstraeten - sprokkels.en.brokkels@gmail.com

The best of 2023

De beste strips van het jaar zijn ...

Lijstjes met de naar onze mening beste strips en graphic novels van het jaar, zijn al jarenlang een traditie.

Op het einde van het jaar zitten de verhalen van de laatste maanden nog vers in het geheugen, maar over eerder verschenen albums hangt reeds een sluier van de tijd en raken ze vaak niet op de plaats waar ze horen te staan. We lijsten hier enkel de strips op, die ons echt raken. Zo krijgen we een accurate lijst. We voegen er meteen ook onze mening aan toe, m.a.w. onze eigen recensie. Het resultaat hieronder op de pagina. 

Virtuele lijst: de toestand op 25 januari 2024. Klik op de titels om de recensies te lezen.
1 – Het Beest 2
2 – Galapagos
3 – De naam van de roos
4 – Caspar David Friedrich, de schilder van de stilte
5 – De ruiterlijke confessies van Dragon Dragon 2. België 1792-1793
6 – Malaterre 1 + 2
7 – Onze James – De vrouwen van Ensor
8 – De Belegerden
9 – RIP 4 Albert / Tot de dood ons scheidt
10 – de magnifieke Monet
11 – We gaan niet terug naar Paisley Park
12 – Heden Verse Vis 2. Bruggenbouwers
13 – Mattéo Zesde periode (02/09/1939 – 03/06/1940)
14 – Indians! De zwarte schaduw van de blanke man
15 – Keizerin Charlotte III Adios Carlotta
16 – Scheisseimer Getekende herinneringen aan een oorlog
17 – Gone with the wind 1
18 – De laatste Lap
19 – Geheugen op zak. Eerste deel 
20 – Kaamelott 10 Karadoc en de Icosaëder
21 – Het Venijn 5 Stralende zon
22 – Rommelgem 3 Koolstofatomen en Steroïden
23 – De Arabier van de toekomst 6
24 – Herfst in de baai van de Somme
25 – Saboteuses II Mol
26 – Berlijn 61
27 – Mata Hari
28 – De sluwe vos
29 – Latah
30 – De wraak van Zaroff
31 – Laat mijn hand niet los
32 – Marshal Bass 8. De trieste en eenzame dood van Mindy Maguire
33 – Terug naar Liverpool
34 – Duke 7 Dit is mijn wereld niet
35 – Oorlog en Liefde 8 Het pact
36 – De Dooie
37 – Een leven met Alexandra David-Néel boek 4
38 – Purple Heart 4 Jambalaya Blues
39 – Pigalle, 1950
40 – Na de Razzia
41 – De avonturen van Theodoor Cleysters 14 Aro Satoe
42 – Pitcairn. Het eiland van de muiterij op de Bounty 1.Het beloofde land

Klik hiernaast voor onze nieuwste recensies ⇒

Sprokkels en Brokkels

Onderhoudend gangsterverhaal

Pigalle, 1950
Jean-Michel Arroyo / Pierre Christin
Daedalus, Vrije Vlucht
152 pagina’s

Verschenen op: 07/01/2023

“Pigalle, 1950” is het levensverhaal van Twanne, aka Antoine, aka Tony, een boerenjongen uit de Aveyron, die in de vroege jaren 50 naar Parijs trekt om er zijn geluk te beproeven. Hij vindt onderkomen en een eerste job bij een neef. Via zijn neef Alric belandt Twanne in het Parijse nachtleven op de Place Pigalle. Hier verzeilt Antoine in de georganiseerde misdaad. Bij een treffen tussen Corsicaanse misdaadbendes wordt de schuld in Tony’s schoenen geschoven en verdwijnt hij onschuldig voor 27 jaar in de gevangenis. Hier behaalt hij zijn baccalaureaat en zelfs een licentiaat in de letteren. Wanneer hij vrij komt, is Parijs en de Place Pigalle te fel veranderd. Zijn vrienden van weleer zijn gesetteld of niet meer. Hij vindt er zijn draai niet meer en keert terug naar zijn geboortestreek om er zich verder in de literatuur te verdiepen.
Pigalle is een goed onderhoudend, goed opgebouwd gangsterverhaal, maar als scenario niets nieuw onder de zon. Pierre Christin geeft een nostalgische kijk op het Parijs uit vervlogen tijden. Soms doet het ons denken aan de avonturen van Nestor Burma van Jacques Tardi. Maar de verhalen van deze laatste zijn toch nog van een ander kaliber.
De tekeningen van Arroyo brengen ons volledig in de sfeer van het Parijs uit de jaren 50. Je krijgt zo waar een “sightseeing tour” door “la ville éternelle”. Knap tekenwerk in sepia zwart-wit van vergane Parijse glorie: de cabaretten op Pigalle, het vroegere circus, Montmartre en andere stadszichten. Op pagina 99 vinden we een leuke gimmick: een eerbetuiging aan het geïllustreerde tijdschrift Spirou (Robbedoes) en de luchtvaartstrip “Buck Danny”. By the way in 1950 verscheen in deze reeks: “De zonen des hemels”.
Of “Pigalle, 1950” onze top 10 van 2023 zal halen, valt te betwijfelen. Daarvoor is het te scenario te déjà vu. Het tekenwerk van Arroyo is voor ons alvast een ontdekking. De dubbele pagina grote gedetailleerde stadszichten zijn top! Toch even melden dat € 30,- voor deze strip toch aan de dure kant is. We willen uitgeverij Daedalus een pluim geven 😉 dat ze deze vertaling hebben uitgebracht. Fans van de “Vrije Vlucht”-serie kunnen dit zeker appreciëren. Hallo, Dupuis? (HV)

Sprokkels en Brokkels

Meer dan een doorsnee biografie

Caspar David Friedrich, de schilder van de stilte
Bart Proost
Daedalus
72 pagina’s

Verschenen op: 17/02/2023

Het levensverhaal van Caspar David Friedrich, de schilder van de stilte, is niet zo maar een doorsnee biografie. Neen, de auteur zorgt voor een originele invalshoek om ons aan de hand van de schilderijen een blik te gunnen in het (gevoels-)leven van de schilder. Hij schetst niet alleen zijn levensloop, maar geeft vooral de evolutie en het wisselen van een scala aan stemmingen en gevoelens. De bijhorende dagboekfragmenten van Verhast laten ons nog dieper in de ziel van Friedrich en onrechtstreeks in die van Bart Proost kijken. Bart geeft in zijn voorwoord aan dat hij de schilder echt ontdekte in een voor hem moeilijke periode en zo een zielsverwant werd. De schilder en de tekenaar laten de lezer over hun schouders meekijken naar hun kunstwerken opdat ze hun eigen hoop en verdriet leren kennen. Persoonlijke ervaringen delen en daarmee de toeschouwers raken, daar zijn ze prima in geslaagd. Het album illustreert dat een traumatische jeugdervaring een zware rugzak kan zijn, die mens zijn hele leven meezeult.
Bart Proost wil zich niet meten aan de originelen en waagt zich niet aan kleur, maar kiest voor een lineaire stijl in inkt en potlood. Hiermee slaagt hij er in om eigen versies van de kunstwerken te tekenen vol emoties en melancholie. De combinatie van de tekenstijl, de dagboekfragmenten en het extra dossier over leven en werken van Friedrich maken dit bijzondere album compleet: meer dan een gewone strip. Het is een boek dat je bij een tweede, derde leesbeurt telkens weer anders aan het denken zet. Bij zo’n tweede lezing bleven we even mijmeren bij het feit dat mensen denken alles onder controle te hebben, maar dat het toch “Moeder Natuur” is die het laatste woord heeft, cfr. aardbevingen in Turkije, klimaatproblemen. De grootsheid van de natuur dwingt de mens steeds weer tot nederigheid.
Voor ons was Caspar David Friedrich een vrij onbekende schilder. Bedankt Bart om ons deze meester te leren kennen. We geven hem een ereplaatsje in onze collectie tussen andere stripbiografieën van grootmeesters. 
Het album krijgt ook zijn plaats in onze verzameling over Napoleon. Het was voor ons een weetje dat Friedrich een tweetal schilderijen maakte als stil protest tegen de toenmalige Franse bezetting van de stad Dresden.
Een pluim voor Daedalus om dit album een kans te geven. Het zal de geschiedenis in gaan als het eerste niet vertaald, “eigen” album, van de uitgeverij. “Een mijlpaal voor Bart Proost en onze uitgeverij”, stelt Daedalus. (HV.)

Sprokkels en Brokkels

Satan came to Eden

Galapagos
Michaël Olbrechts
OOgachtend
168 pagina’s

Verschenen op: 09/02/2023

Interview met Michaël Olbrechts op “Pulp de Luxe”

Longlist Boon Literatuurprijs

In 1929 laten Friedrich Ritter en Dore Strauch alles achter en trekken naar de Galapagos archipel en vestigen zich op het onbewoonde en onherbergzame eiland Floreana op zoek naar een ascetisch leven ver van de moderne maatschappij. In dit waargebeurde verhaal, gebaseerd op het’ boek “The Galapagos affair” van John Treherne, “ontvluchten” ze het Duitsland van het opkomend Nazisme. Ritter is in de ban van de Duitse filosoof Friedrich Nietzsche en wil op Floreana leven naar diens ideaalbeeld, de “Übermensch”, nl. zichzelf durven losmaken van het systeem en op zichzelf steunen. Het leven als “Übermensch” is echter geen lang leven beschoren. Onbedoeld wordt het verhaal van deze “moderne Adam en Eva” wereldnieuws. De brieven van Dore aan haar zussen worden breed in de kranten uitgesmeerd. Hierdoor komen toeristen hen bekijken als aapjes in de zoo, wat hard binnenkomt bij Ritter. Later komt de familie Wittmer, die in hun voetsporen willen treden, hun plaatsje opeisen. Maar vooral de komst van de excentrieke barones Eloïse Wehrborn de Wagner-Bosquet en haar twee minnaars zet veel kwaad bloed. Al gauw blijft er van de idealen van Ritter niet veel over en wordt de sfeer op het eiland steeds grimmiger en bij een periode van grote droogte slaat de lont echt in het kruitvat. Op een bepaald ogenblik verdwijnt de barones en haar minaar Robert Philippson. Er is geen enkel spoor naar die twee.
Galapagos is het bizarre verhaal van idealisten die hun wensdroom najagen, maar dat door de kleine kanten van de mens eindigt in een cold case die vele vragen oproept. Waar is de barones en haar minnaar gebleven? Zijn ze van het eiland vertrokken of erger, zijn ze omgebracht door de Ritters of door de Wittmers? Is Ritter echt gestorven aan voedselvergiftiging? Hoe is Rudolf Lorenz, de tweede minnaar van de barones om het leven gekomen? In 1936 publiceert Dore Strauch haar boek “Satan came to Eden”, waarin ze haar versie van de gebeurtenissen op Floreana weergeeft, maar van de barones ontbreekt tot op heden elk spoor. Wat begon als een droomproject eindigt als een ontgoocheling vol intriges en onuitgeklaarde gebeurtenissen. Het is een uiterst merkwaardig verhaal en je vraagt je wel eens af, is dit nu waargebeurd of toch geen fictie?
Galapagos is een zeer verzorgde uitgave, een album dat uitnodigt om gelezen te worden. Prima opgebouwd scenario. De personages zijn zo goed neergezet dat je meevoelt met de gedupeerden, de Ritters en Wittmers, en je ergert aan de intriganten, de barones en co. Je kijkt naar mensen die op een kleine oppervlakte proberen samen te leven maar daar maar moeilijk/niet in slagen. Je krijgt zo waar een “Big Brother”-gevoel.
Subliem tekenwerk met passend kleurwerk die tijd en emoties extra in de verf zetten. Elke tekening geeft zeer goed de sfeer van het moment weer. 
Driewerf hoera voor de podcast “De Volksjury”!!! Het was immers bij het beluisteren van aflevering 27: de Galapagosaffaire dat Michaël Olbrechts zo geraakt werd door het enthousiasme van de vertelsters dat hij potentieel zag om het verhaal te verstrippen. Dank je wel Laura en Silke.
Oogachtend heeft andermaal een pareltje afgeleverd. Het zou ons verwonderen mocht dit album niet hoog scoren. Een aanrader, “must read!”. (HV)

Sprokkels en Brokkels

Tof album Schalkse tekeningen

de magnifieke Monet deel 1. Etretat
Luc Cromheecke

OOgachtend
56 pagina’s

Verschenen op: 16/02/2023

Luc Cromheecke kiest er voor om het leven van Claude Monet, “de grootste impressionist aller tijden”, te vertellen vanaf zijn verhuis in 1883 naar zijn droomhuis “Le Pressoir” in Giverny. Hier doet Monet de dingen waarvan hij zelf vindt dat hij er zeer goed in is, nl. schilderen en tuinieren. Zich laten rondrijden in een automobiel en lekker eten zijn de kunstenaars andere favoriete bezigheden. Je zou voor minder 86 jaar worden als je zo van je werk en de geneugten des levens kan genieten.
Op vraag van zijn vaste kunsthandelaar trekt hij naar Etretat, een badplaats met prachtige witte krijtrotsen ten noorden van Le Havre. De kust raakt hem. De “Falaise d’Aval” en het strand vindt hij adembenemend en schildert ze meerdere keren. Het levert hem een serie aan doeken op. 

“de magnifieke Monet” onderscheidt zich als “stomme” strip van andere stripbiografieën over Monet. De beelden spreken voor zich. Een prima vondst van de auteur om het leven van de schilder vanuit deze invalshoek te schetsen. Hij slaagt er in om zonder woorden Monet neer te zetten als gedreven schilder en levensgenieter. De woorden werden opgespaard in een vlot leesbaar aanvullend dossier over het leven van Monet achteraan in het album.
Als het de bedoeling was om op een “ludieke” manier (jonge) lezers te laten kennismaken met Monet dan is dit een zeer geslaagd album. Je leest dit boek met een “smile” op je gezicht, je wordt er zo waar vrolijk van. Net zoals Monet genoot van zijn leven en werk, zo ook voel je dat de tekenaar met plezier dit boek heeft gemaakt. Schalkse tekeningen in een cartooneske stijl: een tof album. Als animatie zou dit album een heel leuk filmpje opleveren. Laat het vervolg maar komen.
Andere strips over Monet:

Sprokkels en Brokkels

Mysterieus survival verhaal

Latah
Thomas Legrain
Le Lombard Collectie Getekend
130 pagina’s

Verschenen op: 08/03/2023

“Latah” is een mysterieus survival-verhaal dat zich afspeelt tijdens de Vietnamoorlog. Een groep Amerikaanse soldaten trekt door de Drang-vallei. Opdracht: dropzones met rookbommen afbakenen voor Napalm bombardementen. In deze groene hel loert het gevaar overal. De steeds aanwezige onzichtbare vijand en het overweldigende oerwoud zet de GI’s voortdurend onder druk. Verrast en in het nauw gedreven door de “Vietcong”, komen de Amerikanen in een bizarre omgeving terecht. Ze dringen het land van de “Latah” binnen, een gebied waaruit niemand ooit levend is teruggekeerd. Ze verliezen alle contact met hun basis, het kompas en de radiozender slaan tilt. Geraken ze hier nog uit? Volgens de plaatselijke legende draagt de “Latah” het leed dat de streek overkomt om de bevolking minder te laten lijden. De “Latah” moet echter incarneren in een mens, die zijn leven wil opofferen om de inboorlingen te beschermen. Hij vermoordt iedereen die zijn pad kruist. Pas als de “Latah” een nieuw gastlichaam vindt, stopt zijn woede. Man per man wordt het peloton uitgedund tot één van de GI’s zich aandient als nieuwe “Latah”.
In een goed opgebouwd scenario neemt de spanning hand over hand toe. In flashbacks wordt de oorzaak van “Latahs” toorn onthuld. De GI’s worden voor hun blind geweld afgestraft. We vragen ons af, is de “Latah” niet het evenbeeld van de doorgeslagen soldaten?
Alhoewel we niet zo’n grote liefhebbers zijn van fantasy, raakt dit verhaal ons aardig. Dit album heeft meer dan wat van een doorsnee verhaal over de Vietnamoorlog mag verwacht worden. De auteur geeft ons een blik van hoe de psychologie van een groep soldaten werkt. We voelen de gespannen relatie tussen de overprikkelde  pelotonsleden. Door de waanzin van de oorlog en de onzichtbare dreiging raken de soldaten in een soort trance wat leidt tot blind geweld. “Latah” laat ons snel de link leggen met films zoals “Apocalypse Now”, “Full Metal Jacket”, “Platoon” en de serie “Tour of Duty”.
Legrains gedetailleerde, realistische tekenstijl is subliem. De pagina-opbouw is steeds wisselend. De inkleuring in het algemeen en van de landschappen in het bijzonder geeft een extra dimensie aan het verhaal.
Dit cinematografisch semi fantasy verhaal, een knoert van 130 pagina’s, confronteert ons andermaal met de onbegrijpelijkheid en waanzin van oorlog en verdient zijn plaats in de “Collectie Getekend”. (HV) 

Sprokkels en Brokkels

Licht ontvlambare raciale spanningen

Purple Heart 4 Jambalaya blues
Eric Warnauts / Guy Raives
Le Lombard 
57 pagina’s

Verschenen op: 01/02/2023

Serie

Draaide het in deel 3 “De eed van de octopus” rond de ontvoering van de verpleegster die hoofdrolspeler Josuah Flanagan in WO II verpleegde, dan staat deze keer de verdwijning van het nichtje van zijn assistent Winston centraal. Alles speelt zich af in de zuidelijke staat Louisiana tegen de achtergrond van de rassenrellen naar aanleiding van “de zaak Rosa Parks” en “de moord op Emmett Till”. Winstons nichtje trekt vanuit New York naar Louisiana om er te protesteren tegen de rassensegregatie. Hier wordt ze door de plaatselijke Ku Klux Klan ontvoerd en misbruikt. Ze slaagt er in om te ontsnappen en door de gevaarlijke “Swamps” te ontkomen. Samen met Winston en Flanagan gaat ze op zoek naar gerechtigheid, maar stuit op een corrupt politieapparaat. De gerechtelijke molen draait in het voordeel van de blanken en de daders komen er met een lichte straf vanaf. Deze laatsten nemen wraak op de zwarte gemeenschap door hun kerk af te branden. 
Het album baadt in een sfeer van licht ontvlambare raciale spanningen en geeft de immense kloof tussen de twee gemeenschappen weer. 
Knappe tekeningen en dito inkleuring! Je waant je zo in de “mid fifties”. Warnauts en Raives hebben alles duidelijk onder de knie: prachtige “Bayou”-zichten, taferelen die ons doen denken aan “Gone with the wind”, swingende “Zydeco”-feesten en verzorgde stadsscènes. Elke plaat ademt de passende sfeer uit.
De verhouding tussen Flanagan en zijn dokter geven het verhaal nog wat extra peper.
Op het einde van het verhaal laat Josuah zijn bezorgdheid blijken over de oprechtheid van justitie. Wat hem de opmerking van zijn baas ontlokt: “Twijfel je aan onze instellingen?” Is dit geen vingerwijzing naar de VS van vandaag?
Al jarenlang laten we geen album van Warnauts & Raives aan ons voorbij gaan. We waren dan ook zeer verheugd dat na het dipje van het vorige album ze met “Jambalaya blues” meer dan een degelijk album afleverden, misschien wel het betere van de vier. Een album met pit zoals een echte jambalaya hoort te zijn. We hopen op meer van dat in aflevering 5.(HV) 
Luister hieronder naar Zydeco Cajun Music uit het album!

Sprokkels en Brokkels

Wat als …

Terug naar Liverpool
Hervé Bourhis / Julien Solé
Concerto books
96 pagina’s

Verschenen op: 22/03/2023

Over “The Beatles” is al zeer veel geschreven en verteld. Ook in de stripwereld dikt het aantal uitgaven aardig aan. Meestal gaat het om biografieën zoals “The Beatles in stripvorm” of anekdotische verhalen zoals “Het kleine boek van The Beatles”. De auteur van dit laatste album , Hervé Bourhis, een autoriteit als het om de “Fab Four” gaat, bekijkt het in zijn nieuwste Beatle-verhaal “Terug naar Liverpool” vanuit een andere invalshoek: “Wat als “The Beatles” in 1980 besloten hadden om door te gaan, tien jaar nadat ze uit elkaar gingen?” Alhoewel het hier om een fictief verhaal gaat, is het geheel goed gedocumenteerd en staat het bol van verwijzingen naar feiten uit het “Beatle universum”.
Het verhaal omvat het jaar 1980 en draait om John Lennon die het moeilijk heeft met de successen van Paul Mc Cartney solo en met zijn nieuwe groep Wings. John acht de tijd rijp voor zijn comeback. Tijdens een zeiltocht met zijn jacht in de Bermudadriehoek belandt hij in een zware storm. Door schrik overmand roept hij dat als hij er levend uit komt, hij de “The Beatles” terug opricht. Op dat moment knalt een katrol tegen zijn hoofd, belandt hij in een coma en start het echte verhaal.
John zoekt onaangekondigd Paul op met de vraag om zijn nieuwe plaat te produceren. Oude vetes komen ten berde en worden na wat stoerdoenerij bijgelegd. Samen bezoeken ze Ringo Starr in het hospitaal. Op zijn vraag keren ze terug naar Liverpool. Incognito belanden ze op een optreden van een Beatle coverband. De confrontatie met het verleden komt binnen bij de drie. Op vraag van Ringo wordt George Harrison er bij gehaald. Ook hun producer George Martin is bereid mee te werken. Na dat ze stand-in zijn voor “de Monty Pythons” in een film geproduceerd door George, worden ze door drie groupies ontvoerd naar de Abbey Road studio’s. Hier worden ze door de gewapende ontvoerders gedwongen om een plaat op te nemen. Het zaakje loopt uit de hand en eindigt in een vuurgevecht waarbij John sneuvelt. Op dit moment ontwaakt hij uit zijn verdoving. Terug in de realiteit is het tijd voor de release van “Double Fantasy”, een plaat die John en Yoko Ono samen maakten. Het “annus horribeatles” 1980 eindigt met de moord op John. 
Als toetje krijgen we achteraan in het boek nog een dossier over 1980 en het verhaal over de hereniging van “the Beatles”, een eindeloos gerucht.
Het album is doorspekt met verwijzingen naar anekdotes en feiten uit hun carrière. Bourhis brengt dit alles met een portie ironie. Zo zegt John niets aan George te vragen zo lang die nog leeft. Een knipoog naar de quote van George: “Er zal geen reünie zijn zolang John dood is.” Ook komt de dominantie van Paul, de onvoorspelbaarheid van Ringo en de invloed van de “Maharishi” op George aan bod. Zelfs hun eerst opgenomen song uit 1958 “In spite of all the danger” geschreven door Paul toen ze nog de “The Quarrymen” heetten en Ringo er nog niet bij was, vindt deze laatste nog niet eens zo gek voor een zestienjarige.
Aan gimmicks geen gebrek, op pagina 59 zien we Freddy Mercury (alter ego van Johns vader), Mick Jagger en enkele leden van The Who. Grappig is dat twee van de drie gijzelnemers Eleanor (Rigby) en Michelle (ma belle) noemen.
De karikaturale zwartwit tekenstijl van Solé geeft het komische van dit verhaal een extra laagje. Niet alle koppen zijn even goed gelukt, vooral die van Ringo en zijn vrouw Barbara Bach vallen wat tegen.
We hebben dit verhaal met de glimlach gelezen, maar zijn toch benieuwd wat de diehard fans er zullen van vinden. Wellicht halen die er nog meer feiten en hints uit.
Dit album verdient een soundtrack, daarom voegen wij hieronder een Spotify lijstje toe met nummers die in het album aan bod komen. Veel lees- en luisterplezier! (HV)

Sprokkels en Brokkels

Het verhaal zal nooit af zijn …

De avonturen van Theodoor Cleysters 14 Aro Satoe
Frank Le Gall
Dupuis
96 pagina’s

Verschenen op: 08/03/2023

 

De reeks

We zullen maar meteen met de strip in huis vallen. Hoe verder de avonturen van Theodoor Cleysters evolueren, hoe beter ze worden. Vanaf de eerste bladzijde bouwt Frank Le Gall de spanning op. Hij vermengt actie met een portie geweld in een exotisch mystiek kader en geeft plaats en ruimte aan de diepste emoties en de zielenroerselen van de hoofdrolspelers. Zo raakte ons een mijmering van Aro Satoe: “Mensen maken keuzes, maar het leven doet altijd zijn zin. Uiteindelijk beslist het zelf”.
Zijn typische tekenstijl en de passende inkleuring maken het geheel af. Top aflevering!
Aro Satoe leerden we kennen in het vorige album “De laatste reis van de Amok”. Na dat Theodoor en zijn bemanning in een bloedige confrontatie zijn eiland heroverden op de piraten van Crabb, neemt hij afscheid van zijn getrouwen. Deze laatsten worden door de Britse autoriteiten beschuldigt van piraterij en gevangen gezet. TC verschuilt zich op het eiland Tanjkeh-Lingur in het huis van de knappe, mysterieuze Aro Satoe. Op een naburig eiland verneemt ze dat de Britten naarstig op zoek zijn naar de kapitein van de Amok en in de krant lezen ze dat zijn bemanning terechtgesteld zal worden. Daarop stelt Aro Satoe voor om verder weg op het eiland te vluchten, een eiland dat vijandigheid ademt en uiterst verraderlijk is. TC vecht een voortdurende innerlijke strijd uit. Hij wil zijn crew niet in de steek laten, maar wil ook dicht bij Aro blijven en daarnaast spoken zijn oude vrienden voortdurend door zijn hoofd. Wanneer de Britse soldaten niets ontziend het eiland inpalmen, volgt een helse tocht door het eiland. Na het eten van giftige vis hallucineert TC en wordt hij geconfronteerd met beelden uit zijn verleden. Hij wordt wakker in een inlands dorp geleid door Aro Satoe en vindt er tot wij grote verbazing zijn boot de “Archipelvreter”, die hij verloren waande, terug. Hij kiest uiteindelijk voor zijn bemanning, laat Aroe Satoe achter op het eiland en trekt naar Singapore. Na zijn vertrek duikt niemand minder dan TC’s doodgewaande vriend Bartholomew November op, de zoveelste verrassende wending in het verhaal. Was hij de engelbewaarder die de Britten op afstand hield? Bracht hij de “Archipelvreter” terug?
Het verhaal eindigt met veel vragen, een joekel van een open einde. Wat staat er TC en zijn bemanning te wachten in Singapore? Lukt hem om hen te bevrijden? Kan hij uit de klauwen van majoor Anderson blijven? Kiest hij voor zijn eerste liefde Chouchou of voor Aro Satoe? Komt er een hereniging met November? Komen er nog onverwachte plotwendingen?
Dus meer dan stof genoeg om nu al uit te kijken naar album 15. Hopelijk moeten we niet opnieuw 5 jaar wachten.
Frank Le Gall blijft bij zijn woorden: “Ik zal nooit stoppen met Theodoor Cleysters. Het verhaal zal nooit af zijn”. (HV)

Sprokkels en Brokkels

Aangrijpend familiedrama

Malaterre deel 1 en 2
Pierre-Henry Gomont
Uitgeverij Sherpa
224 pagina’s

Verschenen op:
Deel 1: 19/01/2023
Deel 2: 23/02/2023

Malaterre is het landgoed van de familie Lesaffre diep in het regenwoud van Gabon, in hun bezit sinds de tijd van de eerste pioniers in Afrika. Door laks beleid raakt de grootvader van hoofdrolspeler Gabriël het familiedomein in 1929 kwijt.
Malaterre is ook het levensverhaal van Gabriël Lesaffre, zoon van ex kolonialen, opvliegende egoïst die alleen maar luistert naar zichzelf, geen enkele autoriteit verdraagt, een dronkaard en bedrieger.
Malaterre is gebaseerd op het verleden van de auteur.
Zonder eigenlijk over voldoende fondsen te beschikken koopt Gabriël het landgoed terug om er aan oerwoud-ontginning te doen, een project gedoemd om faliekant af te lopen.
Na een pijnlijke vechtscheiding “ontvoert” Gabriël zijn oudste zoon en dochter naar Afrika. De moeder blijft met hun derde kind, een zoontje, alleen achter in Frankrijk en probeert van alles om haar twee kinderen terug te krijgen, maar slaagt daar niet in. Ondanks de tirannieke trekken van hun vader hebben de twee oudsten de “time of their life” in Afrika. Overweldigd door de reusachtigheid van het regenwoud en de vrijheid die ze ongewild krijgen, durven de kinderen hun vader van geen weerwoord te dienen. Na een ruzie/handgemeen breekt er bij de zoon iets en keren de kinderen terug naar hun moeder. Ze zien hun vader pas terug als die herstellende is na een beroerte. Kort daarna overlijdt Gabriël. De kinderen worden geconfronteerd met het faillissement van het domein en stapels schulden er bovenop. Er zit voor hen niets anders op dan alles te verkopen. Met de verkoop valt er een zware last van hun schouders, eindelijk kunnen ze weer de toekomst tegemoet.
Omwille van zijn droom had de vader zijn gezin uit elkaar gerukt, maar met de gedwongen verkoop van het landgoed valt het doek over dit deel van het familieverhaal en komen de moeder en de kinderen weer bij elkaar. De auteur geeft ons het gevoel dat zijn familie een zware crisis heeft overwonnen en daar sterker uit kwam en relativeert het zelf een beetje door te stellen: heeft niet elk huisje zijn kruisje? 
Met Malaterre levert Pierre-Henry Gomont een karakterstudie af van een manipulatieve vader die probeert het geluk naar zijn hand te zetten, tegen elke prijs. De complexiteit van de personages raakt je als lezer. Je voelt mee met de onmacht van de achtergebleven moeder. Je bent boos op de zelfzuchtige, agressieve vader. Je hebt compassie met de twee adolescenten, maar je verheugt je in hun escapades. De kinderen houden van hun vader ook al kan hij zo onaangenaam uit de hoek komen. Ook hier verwijst de auteur naar zijn eigen jeugd.
Gomont heeft er voor gekozen om het verhaal in een aantal hoofdstukken te brengen. In een interview vertelt hij dat het zijn bedoeling was om de lezers te overrompelen. In het eerste hoofdstuk lukt dat meteen. Na een discussie met zijn advocaat stuikt Gabriël in elkaar en overlijdt. Meteen ben je benieuwd naar de doodsoorzaak en wil je weten wat voor een man hij was. Van dan af volgt in een vliegende vaart hoofdstuk na hoofdstuk het familierelaas. 
Gomont hanteert een eigen brute zenuwachtige tekenstijl: geen perfecte gezichten, maar toch karakterkoppen. De tekeningen lijken opgekuiste schetsen. De kleuren zijn indrukwekkend. 
Alle lof voor uitgeverij Sherpa dat ze dit aangrijpende familiedrama vertaald en uitgebracht hebben. Een aanrader!
Malaterre won in 2018 de Grand Prix RTL en in 2019 de Prem1ère-prijs op het Stripfeest Brussel, proficiat! (HV)

Sprokkels en Brokkels

Bloed kruipt waar het niet gaan kan

Duke 7 Dit is mijn wereld niet
Hermann & Yves H.
Le Lombard
56 pagina’s

Verschenen op: 01/02/2023

De serie

“Dit is mijn wereld niet” is de voorlopig laatste episode van de queeste van Duke, aka Morgan Finch, en zijn reisgenoot Swift. Samen is het duo onderweg naar Californië om $ 100.000 af te leveren aan de eigenaars van een mijnconcern. Maar Duke wil vooral zijn geliefde Peg bevrijden. Zij wordt door ene Mr. King, een demoon uit Dukes verleden, gebruikt als lokaas om met Duke af te rekenen. Na een akkefietje in het bekende westernstadje Sanora en een shoot-out op de ranch van Mr. King slagen Swift en Duke er in om Peg te verlossen en het geld af te leveren. Met de premie beginnen Peg en Duke een nieuw leven in New Orleans. Men zou denken dat het verhaal in schoonheid eindigt, maar dat is buiten de waard gerekend. Het huisje, tuintje, beestje spelen, is zijn wereld niet. Het bloed kruipt waar het niet gaan kan en Duke keert terug naar Montana om er sheriff te spelen. Hier loopt hij een oude bekende tegen het lijf, de vrouw van zijn overleden broer Clem. Einde story??
Ook in dit laatste deel zorgt Yves H. voor een flinke portie geweld en voor onverwachte wendingen. Zo duikt in Sanora uit het niets de dood gewaande reus Ed op (zie deel 3 Ik ben een schaduw). Yves H. zet Duke neer als een getraumatiseerde, in zichzelf gekeerde gunfighter, die na een moeilijke jeugd en een leven als killer probeert met zichzelf in het reine te komen, maar daar eigenlijk niet in slaagt. Voor ons hoefde de bevrijding van Peg uit de klauwen van King en zijn trawanten niet over 25 pagina’s worden uitgesmeerd. Toch zitten in dit stuk van het verhaal een aantal prachtige platen. Hermann dompelt ons onder in een druilerige sfeer. De afrekening in de gietende regen is subliem. De landschappen in het begin van het verhaal zijn van een zelfde schoonheid. 
Alhoewel we niet echt wild zijn van de stijl van Hermann, blijft hij een meester van de negende kunst en levert hij ondanks zijn hoge leeftijd (84 jaar) met Duke toch weer een puntgave serie af. En dat je dit mag doen op scenario van je zoon, moet toch de max zijn. Hij slaagt er in het ruige van het Wilde Westen weer te geven met een passend kleurenpalet. Bovendien voorziet hij elk album uit de serie van een coole cover.
We vinden het een beetje raar dat dit zogezegde laatste album uit de reeks niet het einde van Duke betekent en eigenlijk een open einde heeft. Voor ons echter mag het hier wel eindigen.
Sommige lezers zullen dit betwisten, maar Duke is toch één van de betere westernseries.(HV)

Sprokkels en Brokkels

Lachen geblazen!

Kaamelott 10. Karadoc en de Icosaëder
Alexandre Astier / Steven Dupré
Casterman
48 pagina’s

Verschenen op: 03/05/2023

De serie

Goed gelachen, lekker ontspannend, hilarisch, waren onze eerste reacties na het lezen van aflevering 10 van “Kaamelott”. Ons zo goed geamuseerd dat we het album meteen een tweede keer hebben gelezen.
Alexandre Astier slaagt er in zijn satirische reeks over “Koning Arthur en de Ridders van de Ronde Tafel” op niveau te houden. 
Deze keer zijn de hoofdrollen voor ridder Karadoc van Vannes en ridder Parsifal. Wanneer beide kemphanen koning Arthurs middagdutje een keer te veel verstoren, worden ze letterlijk “Kaamelott” uitgeschopt. Pas als ze zich onderscheiden van de rest van de “Ridders” door iets anders te doen dan iedereen gek te maken, mogen ze terugkeren. Na de zoveelste scheldpartij gaan Karadoc en Parsifal elk hun eigen weg en vangen ze een queeste aan op zoek naar de heilige graal. Al wie ze onderweg tegenkomen wordt meteen in hun gezelschap ingelijfd. Met een bont allegaartje trekken ze op zoek. Als de twee groepen elkaar na een tijdje opnieuw kruisen, vindt Karadoc niet de graal maar wel een geheimzinnige, magische “Icosaëder” (een twintigzijdige dobbelsteen). Beetje bij beetje komen ze aan de weet hoe “het ding” werkt. Als Parsifal probeert “het ding” te stelen, belanden beide groepen in een kerker. Twee kinderen, die het geheim van de “Icosaëder” kraakten, slagen er in te ontsnappen en in “Kaamelott” de hulp in te roepen van ridder Lancelot. Nadat deze laatste hen heeft bevrijd, valt hij zelf in handen van een bende struikrovers. In een dol komisch slot, met de nodige verwikkelingen, slagen Karadoc en Parsifal met de hulp van de “Icosaëder” en hun bonte gezelschap er in Lancelot te bevrijden en terug te keren naar “Kaamelott”. Opdracht volbracht?
De oeverloze, soms van de pot gerukte discussies tussen de hoofdrolspelers die elkaar voortdurend domheid verwijten, de maffe dialogen en de eigenzinnige humor van Astier maken dit een geestig album. Om de dwaasheid van de protagonisten extra in de verf te zetten, laat de schrijver het geheim van de “Icosaëder” ontrafelen door twee kinderen uit het gezelschap. Komt de waarheid immers niet uit de kindermond?
Steven Dupré zet het verhaal echt goed getekend op papier, vooral de gedetailleerde gezichtsuitdrukkingen maken het geheel af. 
“Kaamelott” is een prima parodie, die ons doet denken aan de Britse tv serie “Blackadder”. Bovendien is “Kaamelott” ook gebaseerd op een gelijknamige Franse tv serie (2005 – 2009).
Voor wie een half uurtje wil genieten van humor van de bovenste plank is “Karadoc en de Icosaëder” een aanrader. De lotgevallen van koning Arthur maken er opnieuw een maf potje van! Lachen geblazen! Wie weet hoe moeilijk het is om humor en satire van niveau te schrijven, zal dit verhaal méér dan appreciëren. We kijken al uit naar aflevering 11 : “Arthur tegen de Stilte-soldaat.” (HV)

Sprokkels en Brokkels

Leven ten dienste van een grote geest!

Een leven met Alexandra David-Néel boek 4
Fred Campoy / Mathieu Blanchot
Daedalus
98 pagina’s

Verschenen op: 21/04/2023

Vierluik

Een leven met Alexandra David-Néel is het levensverhaal van de Belgisch-Franse oriëntaliste, operazangeres, journaliste, schrijfster, ontdekkingsreizigster en boeddhiste. Ze was de eerste westerse vrouw die in het geheim Lhasa, de hoofdstad van het verboden Tibet, bezocht, de ‘Dalai Lama‘ verschillende keren ontmoette, zich bekeerde tot het boeddhisme en de allereerste ‘lamavrouw’ werd. Het is het verhaal van een excentrieke, vrijgevochten vrouw die het boeddhisme naar het Westen bracht. 
De story wordt ons verteld door Marie-Madeleine Peyronnet, Alexandra’s gezelschapsdame, die haar de laatste tien jaar van haar leven in haar huis ‘Samten Dzong’ in Digne bijstond.
De auteurs baseerden zich op het boek “Dix ans avec Alexandra David-Néel” dat Peyronnet in 1973 schreef over haar “bazin”. Dat het hier om een meer dan bijzondere vrouw gaat, blijkt uit het feit dat de auteurs vier delen nodig hadden om haar leven te verstrippen. 
Drie jaar na de dood van Alexandra David-Néel in 1969 (zie boek 2) gaat Madeleine naar India om de stoffelijke resten in de Ganges uit te strooien (zie boek 3). Na haar terugkeer in Frankrijk besluit Peyronnet een boek te schrijven over de laatste tien jaar die ze aan de zijde van de grote avonturierster doorbracht.
In boek 4 krijgen we nog enkele straffe anekdotes verteld gaande van het Boeddha-beeldje, dat Alexandra cadeau kreeg van Sidkeong Tulku, de Tibetaanse kroonprins, over haar ontmoeting met de dertiende ‘Dalai Lama’, tot Alexandra zelf een ‘lama’ wordt en haar spirituele reizen.
Het album eindigt met een katern waarin de “Schildpad” (bijnaam die Alexandra gaf aan Marie-Madeleine) over haar eigen leven vertelt. Hierin stelt ze: “Alexandra heeft me veel gegeven en uiteindelijk geboden wat ik altijd wou: mijn leven ten dienste stellen van een grote geest …! Ik wou vooral geen banaal leven … Dat was mijn enige wens!” Missie vervult!
Tot voor we kennis maakten met dit vierluik was Alexandra David-Néel ons onbekend. We zijn diep onder de indruk van de verwezenlijkingen en de buitengewone moed en ijver van deze dame. Tot aan je dood, op je honderdste, je kunnen wijden aan je passies is niet voor iedereen weggelegd. Als er een Belgische canon komt, verdient ze daar zeker een plaats in. Niet voor niets noemen de auteurs haar de grootste ontdekkingsreiziger van de XXste eeuw.
De tekeningen zijn nauwkeurig, gedetailleerd en illustreren het verhaal perfect. De gekleurde pagina’s gaan over het leven en de reizen van Alexandra en bij de zwart-witte gaat Madeleine in de voetsporen van haar “Lady Lama” en ontdekt ze de mystiek van het Boeddhisme en het Hindoeïsme.
Bij dit album kunnen we gerust stellen: lezen is steeds een beetje leren, het verruimt ons denken. (HV)

Sprokkels en Brokkels

Komt het nog goed?

Oorlog en Liefde 8 Het pact
Jean-Michel Beuriot / Philippe Richelle
Casterman
56 pagina’s

Verschenen op: 03/05/2023

De serie

Moedig om een reeks na acht jaar verder te zetten. Velen waren ze wellicht al vergeten. Om ons geheugen op te frissen hebben we eerst de serie herlezen. Het laatste album “Korte metten” dateert immers al van 2015. Toen we dit album dicht sloegen en we de commentaren van stripgrootheden Tardi, Jean-Louis Tripp en Bernard Yslaire op de achterflap lazen, konden we ons er helemaal in vinden. “Oorlog en Liefde” is inderdaad een uitstekend onderbouwde historische reconstructie, maar tezelfdertijd ook een diep menselijk verhaal. Het eerste album start wat stroef maar vanaf de volgende delen weet de serie meer dan te boeien.
We volgen de levensloop van Martin Mahner, van in de jaren dertig tot nu, 1944. De serie geeft ons een tijdsbeeld van de opkomst van het nazisme tot het begin van de vertwijfeling als de kansen finaal keren. Naast het historisch relaas raakt ons ook het menselijke. Het wantrouwen tussen de Duitsers onderling, de angst voor het regime, intriges allerhande, het lijden van het Duitse volk, het blind volgen van – en de groeiende afkeer voor Hitler vallen op. Ook is er de onuitgesproken liefde van Martin Mahner voor de joodse Katerina Braun (Catherine). Ingrediënten genoeg voor een meeslepend verhaal. 
In “Het pact” belandt zijn vriend Fredi Ott in de gevangenis, voor zijn aandeel in de mislukte aanslag op Hitler. Martin voelt zich zwaar betrokken en deserteert. Hij duikt in eerste instantie onder bij een oom op het platteland. Als het ook hier te warm onder zijn voeten wordt, keert hij terug naar het landgoed van de familie Ott waar Fredi’s zus Hilde zich over hem ontfermt in ruil voor een amoureuze verhouding. Na het zoveelste bombardement op Berlijn komen Margrit, de oudste zus van Fredi, en haar man, fanatieke nazi’s, schuilen op het familiedomein. Als Martin door Margrit ontdekt wordt, sluit hij een pact met haar man Gerd om in ruil voor zijn eigen vrijheid de familie te begeleiden tot over de Elbe. Gedekt door een stroom van vluchtelingen bereiken ze de Amerikaanse zone. Hier scheiden hun wegen. Ondertussen beleven we de oprichting van de “Volkssturm”.
Terwijl ze in deel 7 niet voorkwam, start en eindigt deel 8 met Catherine. Ze verblijft in Lyon waar ze zich heeft aangesloten bij het verzet als koerier. De auteurs maken van haar personage gebruik om het album met een paar cliffhangers af te sluiten en de reeks zo weer zuurstof te geven. Wanneer zullen Martin en Catherine elkaar weer vinden? Komt het nog tot een relatie tussen die twee? Ontsnapt ze aan de de razzia van de Franse politie? Hopelijk moeten we niet opnieuw acht jaar wachten om te weten hoe het verder gaat.
De tekenstijl blijft helder en eerder statisch. In tegenstelling tot de vorige delen zijn er nu toch enkele actiescènes.
Als lezer ga je mee in de prima opgebouwde spanning. Komt het nog goed? 
Om alles goed te kunnen plaatsen lijkt het ons toch aangewezen om ook de vorige delen te lezen.
“Oorlog en Liefde” is een fascinerend verhaal, de moeite waard! We kijken uit naar deel 9. (HV)

Sprokkels en Brokkels

Lezen om te leren?

Rommelgem 3 Koolstofatomen en Steroïden
David Etien / Beka
Dupuis
56 pagina’s

Verschenen op: 31/05/2023

De serie

Het verhaal start net als de twee vorige delen op Bletchley park, de thuishaven van de codebrekers van de Britse inlichtingendienst in WO II. De auteurs vallen onmiddellijk met de deur in huis. Blair McKenzie, de vriendin van Pancratius Edelhart Ladislas Philippus, graaf van Rommelgem, is ongewenst zwanger en laat in het geheim door een engeltjesmaakster een abortus uitvoeren. De ingreep loopt faliekant af en Blair overleeft de ingreep niet. Wanneer de graaf het vreselijke nieuws verneemt, breekt voor hem een donkere periode aan. De auteurs symboliseren die periode letterlijk met drie zwarte pagina’s. 
We maken een sprong in de tijd naar 1951. Na het verlies van zijn vriendin sluit Rommelgem zich op in zijn bibliotheek. Hij staat verstomt dat er zo weinig geweten is over de voortplanting bij de vrouw. Hij wil dat vrouwen hun lot in eigen handen kunnen nemen en werkt aan een eenvoudig en efficiënt anticonceptiemiddel. In dit verband krijgt hij bezoek van de Amerikaanse excentrieke feministe Margaret Sanger, voorstandster van geboortebeperking en gezinsplanning. Zij overtuigt de graaf om zijn nota’s te delen met Dr. Gregory Pincus, de latere uitvinder van de anticonceptiepil en nodigt hem uit naar Boston. Amerika is op dit moment in de greep van senator Joseph McCarthy’s heksenjacht op communisten. Na een spectaculaire achtervolging door agenten van de FBI komen ze in het labo van Pincus aan. De FBI wil het nieuwe middel gebruiken om het aantal “rooien” en “gelen” te beperken. Met de financiële steun van filantrope Kathy McCormick leidt de samenwerking tussen Rommelgem en Pincus tot de uitvinding van de anticonceptiepil begin jaren 60.
Uiteindelijk heeft de graaf zijn schuld aan zijn vriendin Blair ingelost en kan hij de zwarte periode achter zich laten.
Anticonceptie en abortus zijn niet zo voor de hand liggende onderwerpen voor een stripverhaal, toch verwerken de auteurs deze thema’s tot een boeiend, soms luchtig, verhaal voor jong volwassenen en iets ouderen. Een album dat zijn plaats verdient in elke middelbare schoolbibliotheek. Lezen om te leren?
De auteurs blijven het uitgangspunt van de serie trouw nl., de graaf van Rommelgem betrekken bij alle grote uitvindingen en ontdekkingen van de 20ste eeuw. Ze brengen een historisch verhaal gebaseerd op waargebeurde wetenschappelijke feiten overgoten met een Franquin-sausje. Een geslaagde spin-off!  Het album brengt een goede mix van actie, een traan, een vleugje humor en historische weetjes in een vlot tempo. De knappe zeer verzorgde tekenstijl van Etien maakt het bijzonder aangenaam om te lezen. Een aanrader!
Voor wie het nog niet deed is het de hoogste tijd om kennis te maken met deel 1. Enigma en deel 2. Patiënt A, beiden zijn de moeite waard (HV)

Sprokkels en Brokkels

Een waardige opvolger

Collectie Getekend De wraak van Zaroff
François Miville-Deschênes / Sylvain Runberg
Le Lombard
96 pagina’s

Verschenen op: 31/05/2023

Deel 1

In 2019 maakten we kennis met de Russische Generaal Zaroff die tijdens de revolutie van 1917 zijn land moest ontvluchten. Met een groep getrouwen vestigde hij zich op een afgelegen eiland in de Atlantische oceaan voor de kust van Zuid-Amerika. Om zijn tijd te verdrijven laat hij er schepen stranden en vermaakt hij zich met mensenjacht. Wie na drie dagen nog levend op het eiland rondloopt, mag het verlaten. Wanneer hij zelf door een Ierse gang uit Boston wordt opgejaagd, weet hij samen met zijn nichtjes en neef van het eiland te ontsnappen. Tot zo ver summier het eerste deel.
Ook deel twee is geïnspireerd op het boek “The most dangerous game van Richard Cornell”, verfilmd in 1932.
We schrijven ondertussen 1941. De VS heeft zich, na Pearl Harbor, in de oorlog gestort. De nichtjes en de neef worden opgevangen door Zaroffs moeder. Hij zelf oefent nog steeds zijn lugubere “hobby” uit nl., “men hunting”, nu weliswaar op misdadigers en landlopers. Na een bloedige confrontatie wordt hij door het Amerikaanse leger gedwongen in ruil voor een nieuwe naam en een nieuw leven zijn jeugdvriendin, Ludmilla, een briljant fysicus, naar Amerika te halen om samen met een groep geleerden, waaronder Albert Einstein, een atoombom te maken. Een jachtpartij in zijn eigen land ziet hij wel zitten. Samen met een commando, o.l.v. kapitein Rainsford, worden ze gedropt achter de Duitse linies. Van zodra het commando een voet op Russische bodem zet, laat Zaroff een spoor van bloed achter zich. Ze slagen in hun opdracht en Ludmilla treedt toe tot het kransje geleerden dat de atoombom voor Hiroshima en Nagasaki bouwt. 
In een tweede verhaallijn komt het tot een harde confrontatie tussen Zaroff en zijn moeder, die voor de laatste fataal afloopt. Het is duidelijk van wie hij zijn jachtinstinct heeft geërfd. Het bloed kruipt echter waar het niet gaan kan en alsof er nog geen bloed genoeg gevloeid heeft, doet Zaroff als apotheose zijn oudste nicht Anastasia een mensenjacht cadeau. De prooi is niemand minder dan kapitein Rainsford. Blijft hij drie dagen uit de klauwen van Anastasia?
Van bij de start dendert het verhaal als een sneltrein voort, meer dan een waardige opvolger voor het eerste deel. Op elke dubbele pagina gebeurt wel iets. We gaan van de ene actie in de andere, de ene al gewelddadiger dan de andere, “full gas”. Lezers die houden van een stevige actiethriller in de stijl van “Hard Target” met Jean-Claude Van Damme in de hoofdrol, vinden hier zeker hun gading. Voor ons hoeft het niet zo gewelddadig.
Het sublieme gedetailleerde tekenwerk en passend kleurenpalet tillen dit album boven het maaiveld uit. Benieuwd wat dit album doet in de eindejaarslijstjes. (HV) 

Sprokkels en Brokkels

Een verhaal dat aan de ribben plakt

Na de Razzia
Arnaud Delalande / Laurent Bidot / Joseph Weismann
Lauwert uitgeverij
126 pagina’s

Verschenen op: 13/05/2023

“Na de Razzia” is het waargebeurde en aangrijpende verhaal van Joseph Weismann, één van de laatste overlevenden van de Vél’ d’Hiv-razzia, de jongen die uit een gevangenenkamp wist te ontsnappen. Een verhaal dat het lijden van 75000 Joodse lotgenoten beschrijft.
Joseph Weismann werd samen met zijn ouders en twee zussen op 16/07/1942 tijdens de razzia tegen de Parijse Joden gearresteerd en naar de Vel’ d’Hiv gebracht. Daarna werden ze overgebracht naar het interneringskamp Beaune-la-Rolande. Na twee weken werden zijn ouders en zussen gedeporteerd naar het vernietigingskamp van Auschwitz in Polen. Zij zullen dit niet overleven. 
Samen met een lotgenoot, Jo, weet Joseph ondanks de gendarmes, wachttorens en prikkeldraad te ontsnappen uit Beaune-la-Rolande. Als ze na een gewaagde tocht Parijs bereiken, scheiden hun wegen. Pas 23 jaar later zullen ze elkaar weerzien. De hereniging van de twee loopt als een rode draad door het verhaal. Via flashbacks krijgen we een zicht op het lijden en de harde levensweg van Joseph Weismann. Zo vernemen we dat de Franse politica en juriste Simone Veil hem kan overtuigen om zijn verhaal en dat van duizenden medeslachtoffers te delen en te verspreiden. Hij slaat haar raad niet in de wind en laat in 1999 zijn story te boek stellen. In 2009 wordt zijn levensverhaal verfilmd in de film “La Rafle”. In 2011 verschijnt het boek “Après la Rafle” dat als basis zal dienen voor deze graphic novel : een album met een doel. Net zoals bij de film en het boek willen de auteurs via het stripmedium “de mensen laten weten” dat  deze tragedie zich nooit mag herhalen. Ondanks de vreselijke pijnen, veroorzaakt door het verlies van zijn familie is Joseph Weismann op 90-jarige leeftijd nog steeds vastberaden en heeft hij een optimisme gekweekt om over zijn boodschap: “Aanvaard het onaanvaardbare niet!”, te blijven getuigen. Een oproep om alert zijn tegen racisme en vreemdelingenhaat, een “plaag” die de wereld nog steeds overspoelt. Dit album is zeer geschikt didactisch materiaal om lesgevers te helpen om die thema’s in de klas te brengen. Voor ons mag het toegevoegd worden aan “Graphic Novels voor de leeslijst”.
De tekeningen zijn niet van top kwaliteit, toch weten ze ons te beroeren. Vooral het stuk van de razzia tot de ontsnapping gaat ons niet in de koude kleren zitten. Schrijnende beelden. Het tekenwerk vinden we niet subliem, maar het verhaal plakt aan de ribben! Alleen al om zijn historische en maatschappelijke waarde krijgt dit boek zijn plaats in onze lijst. 
“Na de Razzia” werd op 13/05/2023 voorgesteld in de Kazerne Dossin waar het zijn plaats verdient in de rij getuigenissen over de Holocaust.

Lees ook Lax De eekhoorn van de Vel’ d’Hiv. (HV)

Sprokkels en Brokkels

Bloedstollend kat-en-muis-spel

Laat mijn hand niet los
Didier Cassegrain / Frédéric Duval / Michel Bussi
Dupuis Vrije Vlucht
134 pagina’s

Verschenen op: 21/06/2023

Liane en Martial Bellion genieten samen met hun dochtertje Sofa van een heerlijke vakantie op Île de la Réunion. Als Liane totaal onverwacht in zeer geheimzinnige omstandigheden uit hun hotel verdwijnt, gaan de poppen aan het dansen. Is ze ontvoerd? Is ze vermoord? Laat ze vader en dochter in de steek? De gendarmerie verdenkt Martial ervan Liane om het leven te hebben gebracht. Hij slaat op de vlucht met zijn dochtertje. Wat volgt is een bloedstollend kat-en-muis-spel met de politie.
Beetje bij beetje blijkt dat Martial een zware rugzak uit zijn verleden meesleept. Het is ook in het verleden dat we het motief voor de verdwijning van zijn vrouw zullen vinden.
“Laat mijn hand niet los”, een bestseller van de Franse schrijver Michel Bussi, is door Duval en Cassegrain puik verstript. 
De spanning bouwt zich in deze meeslepende klopjacht pagina na pagina op. Het verhaal wordt gedragen door ijzersterke personages. Het is genieten van de vrijgevochten kapitein Aja van de lokale politie. Ze leidt het onderzoek, laat niet met haar sollen door haar oversten en wil niet dat de nationale garde er zich mee bemoeit. Ze doet er alles aan om zelf de zaak op te lossen.  
Er is ook de poetsvrouw Eve-Marie die alles gezien heeft, alles weet over het verleden en toch laat ze zich maar traag de tong schrapen. Subliem vinden we luitenant Christos Konstantinos, aka “De Profeet”, een wat excentrieke overjarige rokkenjager met een groot hart, politieman in hart en nieren en zijn rondborstige vriendin Imelda, de zwarte Miss Marple, die ook haar duit in het zakje doet bij het onderzoek. Beide types geven extra pigment aan het verhaal. 
Bijzonder is ook dat de auteurs ons een aantal keren laten meekijken hoe het dochtertje het avontuur ervaart. Voortdurend is het kind in dubio of haar vader wel eerlijk met haar is. Is hij een moordenaar of niet?
Dit album heeft alles wat een detective-thriller moet hebben: actie, spanning, dramatiek, humor, plotwendingen en hier en daar een pikant randje. Pas een twintigtal pagina’s voor het einde komen we via flashbacks te weten wie de dader is en wat het echte motief is. 
Met een palet van pastelkleuren dompelt Cassegrain ons onder in de tropische sfeer van Île de la Réunion. Hij laat ons zo waar alle hoeken van het eiland zien. Prachtige aquarels. De setting speelt meer dan zijn rol in het verhaal. Hij slaagt er ook in door zijn tekenwerk de karakters van de personages te versterken. De tekeningen van het hoofdpersonage Martial doen ons denken aan Corto Maltese, vooral als hij in profiel te zien is. De tekenstijl sluit nauw aan bij het vorige album “Zwarte waterlelies”. 
“Laat mijn hand niet los” is een waardige opvolger. Misschien wel een ideale strip om mee te nemen op vakantie! (HV)

Sprokkels en Brokkels

Dorpsgeheimen en -taboes

De Dooie
Benoit Vidal / Borris
Lauwert uitgeverij

158 pagina’s

Verschenen op: 13/05/2023

We verplaatsen ons naar een afgelegen bergdorp, in de Franse Pyreneeën anno 1864, enkel bereikbaar langs een steil en moeilijk begaanbaar pad. Als de burgemeester van het dorp onverwacht overlijdt, moeten enkele dorpelingen de doodskist op hun schouders, halfweg het bergpad, naar beneden brengen. Tot daar komt de pastoor hen tegemoet voor een laatste zegen. De pastoor wil niet meer tot boven in het dorp komen zo lang de kerk daar niet is gerepareerd. Tijdens de tocht met de kist krijgen we zicht op de onderlinge spanningen in het dorp. Geplaagd door de hitte met daar bovenop een kletterend onweer verandert de begrafenisstoet in een ware calvarietocht. De spanningen tussen de dragers lopen hoog op. De dorpsgeheimen en -taboes komen boven als blijkt dat de burgemeester niet de weldoener is waarvoor hij zich uitgaf. Om sneller op de afspraak te zijn bij de pastoor, laten ze “De Dooie” achter in een boom. Na de zegening door de pastoor blijkt “De Dooie” door de aaseters uit het bos te zijn opgeruimd. Met wat nog rest van het stoffelijk overschot vatten ze de terugweg aan. Hoe dichter de vier kistdragers hun dorp naderen, hoe duidelijker het wordt welk leep spel de burgemeester met zijn gemeenschap heeft gespeeld. Als de stom gewaande Motus plots spreekt en er al weer een mysterie wordt uitgeklaard, slaan er bij enkele de stoppen door met noodlottige gevolgen voor de aangenomen zoon van de burgemeester. Ondanks de tegenslagen komen de dorpelingen tot besef dat ze met elkaar verder moeten en groeien ze weer naar elkaar toe. 
Dit verhaal geeft de intriges weer van een kleine afgezonderde gesloten gemeenschap. Het is gebaseerd op oude volksverhalen uit de overlevering  van het Franse departement Aude. Een aantal plaatsen en feiten zoals het pad waarlangs zich een plek bevindt: “La Pause des Morts” (de dodenhalte), de uitbraak van de cholera en een pastoor die weigerde naar het dorp te gaan om een mis op te dragen zijn volgens de auteurs historisch correct. 
Het gebruik van zwartwit en sepia zorgt voor een sombere, soms beangstigende sfeer, passend bij het verhaal en geeft het boek een soort gelatenheid. Borris tekent de dorpelingen elk met zijn eigen karakterkop, mannen getekend door het leven.
Echt spannend is deze als psychologische thriller aangekondigde graphic novel niet, maar je trekt je wel het lot van de dragers en de bewoners aan. Je wil verder met het verhaal, verder naar de volgende pagina. Je wilt weten hoe deze ellendige tocht zal aflopen.
Een pakkend verhaal, goed getekend, de moeite om te lezen.(HV)

Sprokkels en Brokkels

Mission impossible?

Pitcairn. Het eiland van de muiterij op de Bounty
1.Het beloofde land
Marc Eacersall / Sébastien Laurier / Gyula Németh
56 pagina’s
Dark Dragon Books

Verschenen op: 07/06/2023

Het verhaal van de muiterij op de Bounty heeft ons altijd al gefascineerd. Het was het eerste echte dikke boek dat we rond de leeftijd van 14, 15 jaar te lezen kregen. Vooral het exotische verblijf van de bemanning op Tahiti prikkelde onze verbeelding.
Toch even het waargebeurde verhaal situeren. De Bounty was een schip van de Britse Royal Navy met als opdracht om broodvruchten uit Polynesië te halen als voedsel voor slaven in de West-Indische kolonies. Na een tussenstop van vijf maanden op Tahiti breekt op de terugreis een muiterij uit onder leiding van de eerste stuurman Fletcher Christian. Het merendeel van de zeelieden die trouw blijven aan kapitein Bligh wordt samen met hem achtergelaten in een roeiboot. De Bounty is nu in handen van een handjevol opstandelingen. 
Hier start het verhaal van Pitcairn, het eiland van de muiterij op de Bounty, ons verteld door Mary Ann Christian, dochter van Fletcher Christian. 
In eerste instantie willen de muiters terug naar het luilekker leventje en de mooie vrouwen op Tahiti. Fletcher is er zich bewust van dat ze vogelvrij verklaard zijn door de Navy en zij hun zoektocht naar de Bounty op Tahiti zullen starten. Meteen bekruipt hem het onbehaaglijk gevoel dat ze op zoek moeten naar een onbekend, onbewoond eiland waar ze een nieuw leven kunnen beginnen. Zullen de rebellen dit begrijpen? 
Op het eerste eiland, Tubuai (1789) dat ze aandoen, worden ze vijandelijk ontvangen en keren ze nogmaals terug naar Tahiti. Na enkele vruchteloze pogingen om zich op andere exotische eilanden in de Stille Zuidzee te vestigen, vinden ze in een oud logboek de beschrijving en de coördinaten van een onbewoond eiland. Fletcher weet zijn volgelingen te overtuigen en na zestig dagen vinden negen muiters samen met twaalf Tahitiaanse vrouwen en zes Tahitiaanse mannen en een baby het eiland Pitcairn. Of dit echt het beloofde land is voor Fletcher Christian en zijn metgezellen zal moeten blijken in deel 2 “Nieuw leven” (reeds uit in het Frans).
De reis van de rebellen evolueert van een luizenleventje in het aards paradijs Tahiti naar een bloederige exodus vol onderlinge spanningen en intriges. Jammer dat alleen het personage van Fletcher echt wordt uitgediept. De auteurs slagen erin hem neer te zetten als een man die zich bewust is dat hij aan een “mission impossible” is begonnen. Een man die voortdurend in strijd is met zichzelf, in strijd om zijn bemanning in het gareel te houden. De liefde voor zijn Tahitiaanse vrouw Maimiti haalt het op de gedachte dat hij zich buiten de wet heeft gesteld en zijn familie in Engeland nooit meer terug zal zien. Zal hij erin slagen een veilig onderkomen te vinden voor zijn groep? Kan hij hen een nieuwe samenleving bieden? Zal hij het mentaal kunnen dragen? 
Het tekenwerk kan ons niet ten volle bekoren. De actiescènes en de in het oog springende cover maken echter veel goed. Het gebruikte kleurenpalet geeft het album een zekere tristesse. Je voelt zo waar de muizenissen in Fletchers hoofd rond spoken.
We zijn benieuwd hoe dit minder bekende deel van het Bounty-verhaal afloopt. Op naar deel twee. (HV)
Lees ook: 

Sprokkels en Brokkels

Slot van een unieke inspirerende serie

De Arabier van de toekomst (6)
Een jeugd in het Midden-Oosten (1994 – 2011)
Riad Sattouf
De Geus
176 pagina’s

Verschenen op: 13/06/2023

De serie

Sinds 2015 volgen we het leven van Riad Sattouf, zoon van een Franse moeder en een Syrische vader. Zijn vader hoopt dat zijn zoon “een Arabier van de toekomst” wordt. In deze kleurrijke autobiografische graphic novel schetst Sattouf het Midden-Oosten van de vroege jaren tachtig tot aan de Arabische lente in 2011, en geeft ons zo een kritisch en komisch inkijkje in de culturele achtergrond van de conflicten van vandaag. Deze reeks, een wereldwijd succes, werd vertaald in meer dan twintig talen, won een waslijst aan internationale prijzen. Recent nog kreeg de auteur de Grote Prijs op de 50ste editie van het “Festival International de la Bande Dessinée d’ Angoulême”. De serie is echter nog steeds niet vertaald naar het Arabisch.
In het vorige deel draaide het verhaal vooral rond de puberteit van Sattouf, de ontvoering van zijn jongste broer Fadi naar Syrië door zijn vader en een confrontatie tussen die laatste en zijn moeder. In het laatste deel maakt hij voor zichzelf uit om zijn droom waar te maken en striptekenaar te worden. Na de middelbare school verhuist hij naar Nantes (Ecole Pivaut) en later naar Parijs (Les Gobelins) om er zich te bekwamen in het metier van striptekenaar. Ondertussen doet hij er ook alles aan om aan de militaire dienst te ontsnappen.
We krijgen zicht op het begin van zijn carrière, het leuren met tekeningen bij diverse uitgeverijen, ontmoetingen met bekende auteurs zoals Emile Bravo, Joann Sfar, Christophe Blain en Mathieu Sapin. Met de laatste drie werkt hij samen in eenzelfde atelier. Onder invloed van zijn collega’s schrijft hij “Les jolis pieds de Florence” waarvoor hij in 2003 de “Prix Coscinny” krijgt. De striptrein is vertrokken. 
Sattoufs jonge leven wordt voortdurend overschaduwd door denkbeeldige commentaren van zijn vader die door zijn hoofd spoken: “Zo word je geen Arabier van de toekomst!”
Het is pas na vele jaren psychotherapie en na zijn eerste successen dat hij het trauma uit zijn verleden achter zich kan laten. Vanaf 2000 gaat het hem eindelijk voor de wind. Als de Arabische lente ook Syrië bereikt komt er een noodkreet van zijn jongste broer. Met zijn hulp kan Fadi er de burgeroorlog ontvluchten. Nu haar kinderen weer samen zijn, vindt zijn moeder eindelijk rust. Na een diepgaand gesprek met Fadi over zijn vader kan Riad zich met het verleden verzoenen. In zijn hoofd is hij een Arabier van de toekomst geworden.
De auteur laat ons meekijken in zijn ziel. Alhoewel hij kampt met een minderwaardigheidscomplex houdt hij toch vol om zijn idealen te bereiken, beetje bij beetje wint hij aan zelfvertrouwen. Het was een lange tocht om met zijn verstikkend verleden in het reine te komen. Deze serie zal voor Riad Satouff beslist zijn therapeutische waarde hebben. Lezers vinden er motivatie in om toch hun dromen te blijven najagen.
De geheel eigen tekenstijl heeft voor ons iets karikaturaals. Ondanks dat het vaak een triest verhaal is, zorgen de tekeningen voor een soort vrolijkheid. Zou dit onder invloed zijn van zijn werk bij “Charlie Hebdo”? Eén ding is zeker: tekeningen en verhaal zorgen voor een unieke inspirerende reeks. 
Ook dit laatste deel wist ons van de eerste tot de laatste pagina te boeien! Een topreeks! (HV)

Sprokkels en Brokkels

Een vader als engelbewaarder

Geheugen op zak. Eerste deel 
Etienne Le Roux / Luc Brunschwig
88 pagina’s
Lauwert uitgeverij

Verschenen op: 13/05/2023

“Geheugen op zak” is een verhaal dat je meteen bij de lurven grijpt.
Setting: een oudere man met een baby en een sjofele hond dolen door een Parijse voorstad. De man is radeloos op zoek naar babymelk. Omdat hij zijn identiteit niet wil prijsgeven, kan hij niet in een apotheek terecht. Ten einde raad belandt hij in een bruine “Bar Tabac” waar een jonge moeder borstvoeding geeft aan haar kind. De tooghangers zijn bereid te helpen als hij vertelt waarom een oude man met een baby door de stad dwaalt.
Sedoine Letignal vertelt aan de hand van geheugensteuntjes, kasbonnetjes en briefjes die hij uit zijn zak haalt, het verhaal van zijn gezin en de baby. Een gezin dat uit elkaar spat als de moeder haar ware gelaat toont en niet wilt dat haar zoon Laurent zich over een zwangere Algerijnse sans-papiers ontfermt. Als de zoon door dit voorval definitief van huis gaat, schaduwt zijn vader hem als een engelbewaarder. Tijdens een razzia worden Laurent en zijn vriendin opgepakt en is Sedoine genoodzaakt om voor de baby te zorgen. Bij gebeurtenissen als deze wordt Sedoine overvallen door flashbacks uit de oorlog. Het is duidelijk dat hij een groot trauma uit die tijd meezeult en dit doorslaggevend is om voor het kind te zorgen. Sedoine weet dat hij met de baby niet naar huis kan. Nadat ze in het café op krachten gekomen zijn, verdwijnen ze in de Parijse nacht. 
Dit eerste deel laat ons met een heleboel vragen achter: waar trekt Sedoine met het kind naartoe? Wat is er aan de hand met zijn geheugen? Waarom zitten zijn zakken vol briefjes? Wat is er in de oorlog gebeurd? Is hij joods? Wordt het kind herenigd met zijn moeder? Komt het nog goed tussen Laurent en zijn ouders? Vragen genoeg om snel deel 2 (uit op 12/06/2023) en 3 (uit op 08/07/2023) te lezen. Een opvallend detail in dit album is de verwijzing naar de verdwijning van Julie en Melissa.
Dit eigentijds verhaal is doorspekt met verwijzingen naar de huidige maatschappij, het leven in de Franse banlieues, de situatie van illegalen in grote steden, de opvang van ontredderde jongeren, schijnhuwelijken, alfabetisering en integratie van immigranten. Maar bovenal schrijft Luc Brunschwig hier een pakkend verhaal over op latere leeftijd ouder worden en je enige kind niet kunnen loslaten. We voelen mee met het hartzeer van de vader, het onbegrip van de moeder en de vertwijfeling van de zoon. 
Naast de aangrijpende story zijn we onder de indruk van het teken- en kleurwerk van Etienne Le Roux die al zijn strepen verdiende met o.a. “14 – 18” en “De gebroeders Rubinstein”. De fijn afgelijnde tekeningen en de passende inkleuring maken dit album af.
“Geheugen op zak deel 1” is een aangename verrassing, een ontroerend verhaal met meerdere verhaallijnen. Top reeks! We kijken uit naar de volgende delen van deze trilogie. (HV)

Sprokkels en Brokkels

Vrijheid is niks op zichzelf

Marshal Bass 8. De trieste een eenzame dood van Mindy Maguire
Darko Macan / Igor Kordey / Anubis
56 pagina’s
Silvester strips

Verschenen op: 20/06/2023

De serie

De avonturen van Marshal Bass (aka Bass Reeves, de eerste zwarte sheriff) behoren voor ons tot de beste westernverhalen van de laatste jaren. Dit nieuwe album is een van de betere uit de reeks.
De Marshal Bass-fans onder ons zullen zich nog herinneren dat er op het einde van album 7 een intiem moment tussen miss en mister Bass verstoord werd door de melding dat Mindy Maguire Bernhardt de Stinker had vermoord.
Het stadje Dryheave, Arizona, staat helemaal op zijn kop door dit voorval. Zonder enig voordeel van de twijfel wordt Mindy door de plaatselijke sheriff beschuldigd van moord. Meteen wordt er een klopjacht naar haar georganiseerd. Madame Cleo, de plaatselijke bordeelhoudster, twijfelt sterk aan de versie van de sheriff en vraagt Marshal Bass Mindy te vinden voor de sheriffs “posse” dat doet en haar toch een kans op een proces te geven. Tijdens zijn zoektocht krijgt Bass onverwacht gezelschap van Cameron Defoe, broer van de bendeleider die hij in deel 1 “Black and white” neerknalde. Samen vinden ze Mindy. Tot Bass’ verwondering is Defoe niet uit op wraak maar bloeit er iets tussen die laatste en Mindy. Hij stelt zelfs voor om Mindy te laten gaan. Bij een gevecht met een Lakota-krijger, die al eerder de sheriffs “posse” uitmoordde, wordt Defoe met een gifpijl gedood. Terwijl ze hem begraven komt Bass op het idee om Mindy haar vrijheid terug te geven. In zijn versie is Mindy geraakt door een giftige pijl en gek geworden, triest en eenzaam gestorven en begraven in indianengebied.
Het plotse opduiken van een drankverslaafde indiaan, de running gag van geboefte dat zich te pas en te onpas uit schrik voor Bass komt aangeven in ruil voor een maaltijd in Fort Wayne, zorgen voor een humoristische noot in het scenario. 
Er zijn ook diepere lagen in het verhaal. Zo stemt de mijmering van Bass over zijn vrijheid als zwarte sheriff tot nadenken: “Vrijheid is niks op zichzelf. Het is niet omdat we vrij zijn dat we meer gerespecteerd worden dan vroeger”. 
Niet alleen lof voor het scenario van Macan, maar ook bloemen voor de eigen, unieke tekenstijl van Kordey en dito inkleuring. De voor zich sprekende karakterkoppen, het spelen met donkere en heldere pagina’s en de klassieke dubbele landschapspagina, creëren een typische Marshal Bass-sfeer. 
Ook nu weer eindigt het verhaal met een cliffhanger. Op de laatste pagina meldt een bedelaar, die zich uitgeeft voor de vader van Sheba, zich ten huize Bass. We zijn benieuwd wat dit teweegbrengt. Lang zullen we hier niet moeten op wachten, want eind augustus verschijnt al deel 9: “Texas Rangers”.  (HV)

Sprokkels en Brokkels

Spitsvondig en macaber

RIP 4 – Albert / Tot de dood ons scheidt
Gaet’s / Julien Mornier / Gaëtan Petit
112 pagina’s
Uitgeverij Microbe

Verschenen op: 25/07/2023

De reeks

In deze knappe macabere thriller RIP (Really Inspiring Person) draait alles om een team lijkenopruimers. Hun job bestaat er in kostbare goederen, die (nog) niet werden geclaimd, uit woningen van doden zonder familie, kennissen en vrienden weg te halen. Dat gebeurt onder toezicht van een organisatie voor openbare veilingen.
Het is de “opruimbrigade “ echter verboden om goederen voor eigen rekening mee te nemen. Wanneer een teamlid, Derrick, toch een heel kostbare ring achterover drukt, slaat de vlam in de pan. De angst en argwaan sluipen in de groep en de zoektocht naar de ring leidt tot ruzies, zelfmoord en moord. Na Derrick (deel 1), Maurice (deel 2) en Ahmed (deel 3) is het in deel 4 de beurt aan Albert, Ahmeds hoofdverdachte, om zijn relaas van de feiten te geven.
We leren Albert beter kennen als een verliefde psychopaat die na een zeer ongelukkige jeugd bij een auto-ongeval in een langdurige coma belandt. Als hij ontwaakt, vindt hij een onderkomen in een verlaten hospitaal en een job bij de lijkenopruimers. Bij een klus moeten ze de kamer van een jonge vrouw opruimen. Albert is opslag verliefd op de dode Dolores. Hij heeft het zo te pakken dat hij al haar bezittingen op de veilingen terugkoopt. Uit haar dagboeken blijkt dat ze zielsverwanten zijn. De dagboeken worden zijn leidraad om Dolores in ere te herstellen. Zo neemt hij wraak op al wie haar kwetste en vernederde. Dolores gelooft in metempsychose, transmigratie van de ziel in een ander lichaam. Daarom ontvoert hij een meisje om er een look a like Dolores van te maken. Zijn experiment mislukt. Ondertussen krijgen we Alberts visie op Ahmeds dood, de zoektocht naar de ring en het reilen en zeilen binnen de RIP.
Dit deel eindigt met een geweldige uitsmijter. Als blijkt dat een indringer in Alberts geheime schuilplaats niemand minder is dan de mooie Fanette, de barvrouw uit de stamkroeg van de RIP,  ziet Albert hier een nieuwe kans om Dolores te reïncarneren in Fanettes lichaam.
Wie is Fanette? Hoe kwam ze daar? Welk gevaarlijk spel speelt ze? Ontsnapt ze uit Alberts klauwen? Allemaal vragen waarop we hopelijk in deel 5 Fanette antwoorden krijgen.
Na vier delen blijft het scenario spitsvondig. Het verhaal steekt vernuftig in elkaar. Top werk! De “hoofdstukken” worden telkens ingeleid door een citaat over leven en dood.
Bij een eerste leesbeurt hadden we het soms moeilijk om de overgang tussen de hoofdstukken te volgen. Om helemaal in het verhaal mee te zijn, lijkt het ons aangewezen om de eerdere delen te lezen voor je aan deel vier begint.
Soms doet het verhaal ons denken aan “Tien kleine negers”. Benieuwd hoeveel er van de RIP overblijven aan het einde van deze story.  
De karikaturale tekenstijl en het sombere kleurenpalet maken dit album af. De coverplaat vinden we deze keer echter minder geslaagd.
Delen twee en drie haalden de top 20 van stripspeciaalzaak.be in 2022. Het zou ons verwonderen mocht deel 4 – Albert dat niet doen in 2023! (HV)

Sprokkels en Brokkels

Italiaanse topklasse, een schot in de roos!

De Naam van de Roos
Umberto Eco en Milo Manara
72 pagina’s
Uitgeverij Prometheus

Verschenen op: 28/07/2023

“Wat apart goed is, is goed te samen”, hoorden we een gerenommeerde keukenpiet in één of ander kookprogramma tussen pot en pan verkondigen. Wij waren zeer benieuwd of dit voor Eco en Manara ook zo zou zijn? Wel, het antwoord is volmondig: JA! De Italiaanse topper Milo Manara durfde het aan om een van de belangrijkste boeken van de twintigste eeuw (plaats 14 volgens de Franse krant Le Monde in 1999) “De Naam van de Roos” van zijn landgenoot Umberto Eco naar de wereld van de Negende Kunst te brengen. Na het boek (1980), de film (1986) en de serie (2019) zorgt deze graphic novel voor een heel nieuwe beleving van het verhaal.
Net zoals in het boek neemt Umberto Eco, prachtig getekend door de maestro, de inleiding voor zijn rekening. Het eigenlijke verhaal wordt verteld door de novice, leerling-secretaris Adson van Melk die samen met zijn meester, de franciscaner monnik William van Baskerville, naar een benedictijner-abdij in Noord-Italië wordt gestuurd om daar een congres tussen gezanten van de Paus en franciscaanse broeders voor te bereiden.
Bij hun aankomst worden ze door de abt gevraagd een verdacht overlijden in de abdij te onderzoeken. Wanneer er nog meer moorden worden gepleegd, worden William en Adson meer detective dan congreslid. Of ze de zaak kunnen ophelderen komen we pas in het volgende deel te weten. Jammer dat men koos om het verhaal in twee albums uit te brengen. Wij hadden zin in veel meer. 
Eco deelde zijn meesterwerk in zeven dagen in, Manara doet dit niet. Hij kiest voor een doorlopend verhaal waarin alle protagonisten netjes voorgesteld worden. Beetje bij beetje sluipt de spanning in het verhaal dat leest als een trein.
De tekeningen zijn subliem. We hadden niets anders verwacht: prachtig. Het deed ons meteen denken aan zijn ander tweeluik over Caravaggio. Het is al meteen raak met een knap portret van Eco en een scène in een scriptorium.
De uitzichten, de landschappen, de gebouwen, de gelaatsuitdrukkingen, de karakterkoppen alles wordt met oog voor detail op papier gezet. Super! Ook het gekozen kleurenpalet van hoofdzakelijk sepia tot hier en daar enkele kaders met warme kleuren is geslaagd. Op het einde van dit album wordt Adson tot de zonde verleid door een boerenmeisje. Dit is de Manara zoals we hem kennen, meester in het licht erotische.
We hebben toch nog een tip voor de uitgever. Voor lezers die minder notie hebben van Latijnse woorden, missen we een verklarende woordenlijst bij dit album. Zelf hebben we ook enkele keren moeten beroep doen op “meester Latijn” op het www. Om aan dit euvel tegemoet te komen, hebben we zelf een lijstje samengesteld. (Zie onder deze recensie)
Deze kleine bemerking neemt niet weg dat deze bewerking door Manara meer dan een schot in de roos is.(HV)

Transept: kruisbeuk, dwarsbeuk in de kerk

Miasma: slechte, ziekmakende lucht of geur uit moerasachtige grond

Usurpator: overweldiger, een persoon die onrechtmatig een gebied verovert of ergens onrechtmatig bezit van neemt

Cellarius: keldermeester

Missiven: officieel schrijven

Minorieten: orde der Franciscanen

Inquisiteur: officier der inquisitie, kettermeester, geloofsrechter

Tortuur: foltering

Coram Monachis: in aanwezigheid van de monniken

Penitenziagite: doe boete, doe penitentie

Herborist: kruidenkenner

Claritas: helderheid

Codices: bewaard gebleven oud handschrift, manuscript

Retorica: kunst van het overtuigend schrijven en spreken

Verbum mentis: het woord van de geest

Refectorium: eetzaal

Margenalia: randtekeningen

Psaterium: psalmboek

Areopagiet: boek geschreven door Dionysius de Areopagiet 

Ossuarium: knekelhuis, mortuarium

Armageddon: allesvernietigende catastrofe / oorlog

Scriptorium: schrijfzaal

Simonie: koop of verkoop van geestelijke ambten of goederen die eigenlijk wegens hun heilige karakter niet verhandelbaar mogen zijn

 
Sprokkels en Brokkels

Een pareltje in art nouveau stijl

Herfst in de Baai van de Somme
Philippe Pelaez / Alexis Chabert
Saga Uitgaven 
Collectie Bamboe
64 pagina’s

Verschenen op: 23/06/2023

Het is niet de eerste keer dat Saga Uitgaven ons weet te ontroeren met een album uit de Bamboe collectie. Met “Herfst in de Baai van de Somme” is het weer raak. Een knappe detective / thriller die zich afspeelt in het Parijs van de “Belle Epoque”.
Alle ingrediënten voor een spannend verhaal zijn aanwezig. In 1896 wordt het stoffelijk overschot van een rijke industrieel ontdekt aan boord van een schoener, gestrand in de baai van de Somme. Het gaat hier om het lichaam van een van de rijkste fabrikanten van Frankrijk, daarom wordt de beste politieman van Parijs, Amaury Broyan, op de zaak gezet. Al snel verdenkt de inspecteur de weduwe, de erfgename van het immense imperium. Uit het onderzoek blijkt dat de industrieel ook een minnares had, Axelle Valencourt, een model dat poseerde voor vele kunstenaars, waaronder Alphonse Mucha. Elk personage zeult zijn eigen rugzak mee. Zo is de dochter van Broyan overleden aan een slecht uitgevoerde abortus. Hij wil weten wie haar zwanger gemaakt heeft en hoe het kwam dat de ingreep van de engeltjesmaakster verkeerd afliep. Op zijn zoektocht vindt hij niet alleen antwoord op zijn vragen, maar ook de sleutel naar de oplossing van de moordzaak. Philippe Pelaez brengt hier misschien niet het origineelste detectiveverhaal maar met een verrassende plotwending op het einde weet hij ons toch meer dan te boeien.
Naast het degelijke verhaal zijn we toch het meest onder de indruk van de tekeningen en de rechtstreekse inkleuring van Chabert. Elke pagina is een schilderij op zich, de één al mooier dan de andere. De verschillende hoofdstukken worden ingeleid in ware jugendstil. Het is duidelijk dat hij zich liet inspireren door Alphonse Mucha met onder andere de verwijzing naar het schilderij “Les Quatre Saisons” uit 1896. 
Een leuke opdracht voor de lezer: probeer te achterhalen waarvoor het getal 266 staat, dat het slachtoffer nog net voor zijn dood met zijn eigen bloed op de wand van het schip kon schrijven.
Dit is misschien niet het beste album van 2023, maar toch een pareltje in art nouveau stijl dat mag gezien worden. (HV)

Sprokkels en Brokkels

Een bloedmooie, getormenteerde vrouw

Keizerin Charlotte III. Adios, Carlotta
Fabien Nury / Matthieu Bonhomme
78 pagina’s
Standaard Uitgeverij

Verschenen op: 02/08/2023

De reeks

 

Een bloedmooie, getormenteerde vrouw

Deel drie van “Keizerin Charlotte” gaat door op het elan van de twee vorige. Het verhaal van een vrouw die uit liefde voor haar man en uit plichtsbesef veel van zichzelf opoffert om het vooropgestelde doel, een keizerrijk besturen, te bereiken. 
Deze episode is op zijn zachts gezegd een rollercoaster van emoties. Een levensverhaal dat geen seconde verveelt. Saai kan je het leven van de keizerin niet noemen. Tekenaar en scenarist maken er een pakkend verhaal van.
Het leven gaat niet altijd over rozen. Dit geldt zeker voor Charlotte van België, keizerin van Mexico. Als haar man, Maximiliaan van Oostenrijk, keizer van Mexico, bezwijkt onder de verwachtingen van zijn ambt en vlucht in een liederlijk leven van drank en vrouwen, neemt zij de taak op zich om het land, dat hen in de schoot is geworpen, te besturen. Al bij al slaagt ze erin om het land zo goed mogelijk te leiden. 
Treffend is het gedicht waarmee het album begint en waaruit het respect van de gewone Mexicaan voor “Carlotta” blijkt.
Nury en Bonhomme zetten Charlotte neer als een bloedmooie, getormenteerde vrouw. Er zijn de escapades van Max, waardoor ze uit elkaar groeien. Er is het dwingend verlangen naar een kind, een troonopvolger. Er is  de dood van haar vader Leopold I, het “verraad” van haar biechtvader eerwaarde Rafaël, het gekonkel van haar hofhouding en de voortdurende dreiging van de burgeroorlog met de rebellen van Juarez. En of dit alles nog niet genoeg is, neemt Max haar het bestuur uit handen en stuurt ze naar de provincie Yucatan om er de Maya tempels te ontdekken. Toch blijft ze overeind en tussen alle ellende door vindt ze liefdesgenot bij haar beschermer Kolonel Van Der Smissen.
Wanneer Max wilt aftreden, weet ze hem te overtuigen aan te blijven en keert ze in zijn plaats terug naar Europa om er steun te zoeken voor het noodlijdende Mexico. Hoe dit afloopt, is stof voor album vier.
Deze fictieve biografie is meer dan het lezen waard. Past perfect in de heropleving van de interesse voor de Belgische geschiedenis à la Tom Waes en Arnout Hauben. 
Een van de betere reeksen. Puik scenario! Goed getekend! Passend kleurenpalet! Top! (HV)

Sprokkels en Brokkels

Puik tekenwerk van begin tot einde

Saboteuses II. Mol
Jean-Claude van Rijckeghem / Thomas Du Caju
48 pagina’s
Silvester Strips

Verschenen op: 13/09/2023

De “Saboteuses” zijn nog steeds in Frankrijk en wachten op hun volgende opdracht. Net zoals in deel 1 “Naald” brengt het impulsieve, opvliegende karakter van Paulette, aka Naald, haar nu ook weer in de problemen. Julie, dochter van de door de Duitsers gefusilleerde verzetsleider (zie deel 1), vermoedt dat er een verklikker in de verzetsgroep schuilt. Ze verdenkt Naalds collega Muis er van de mol te zijn en is er van overtuigd dat die haar vader verlinkt heeft aan de bezetter. Julie heeft geen harde bewijzen, maar brengt Naald toch aan het twijfelen. Het verhaal gaat zijn gang met de klassieke ingrediënten. Duitsers die op het verkeerde moment arriveren, een collega saboteur die maar net aan een controle ontsnapt, een sabotage aanslag die op het nippertje lukt. Tot er plots een onverwachte wending komt als Julie Naalds vriendje René, ontmaskert als ‘de mol’. Het zaakje loopt uit de hand. Naald valt terug op de automatismen uit haar opleiding en schakelt René uit. Op zich een te verwachten actie ware het niet dat Naald zwanger is van René. Bovendien vindt Muis Naald te onberekenbaar en wilt ze haar terugsturen naar Engeland. Naald weigert echter en blijft in Frankrijk, wordt vervolgd.
Het scenario is ditmaal misschien niet het ingenieuste, maar het tempo en de actie maken veel goed. Via flashbacks krijgen we een beeld van de “rugzak” die op Naalds schouders rust. De gespannen relatie met haar vader, diens ongelukkige dood en een abortus op jonge leeftijd laten duidelijk sporen na. Is haar lidmaatschap van de SOE een vlucht om dit alles te verwerken?  Alle lof voor de tekeningen van Thomas Du Caju. Pure klasse! Ze mogen gerust naast andere oorlogstekenaars als Jarbinet en Speltens staan. Of het nu gaat om oorlogsvliegtuigen, een zicht op Londen, een schip dat de haven van Ouistreham binnenvaart, een tanktransport of actiescènes, alles wordt met oog voor detail op papier gezet. Een hele reeks pareltjes van begin tot einde. Ter illustratie hieronder enkele pagina’s. (HV)

Bron Silvesterstrips
Bron Silvesterstrips
Sprokkels en Brokkels

De apotheose!

Het Venijn 5 Stralende zon
Laurent Astier
64 pagina’s
Uitgeverij Daedalus

Verschenen op: 16/08/2023

De reeks

In deze “stadswestern” draait alles om de queeste van Emily, aka “Het Venijn”, die de mannen die zich aan haar moeder vergrepen, opspoort en vermoordt. In het laatste deel van de reeks krijgen we antwoorden op de vele vragen waarmee we na het vierde deel achterbleven. Het weerzien met haar moeder loopt niet zoals verwacht. Met de hulp van haar vriendinnen kan Emily tot bij de president doordringen. Via een hele reeks flashbacks komt ze eindelijk te weten wat er vijftien jaar geleden met haar moeder is gebeurd. Ze verneemt dat William Ward, nummer vijf op haar lijst, niet alleen een nieuwe identiteit aannam als president McKinley, maar ook haar vader is. Tussendoor heeft ze nog een confrontatie met haar oom die haar de laatste kneepjes als “killer lady” bijbrengt. Wanneer Emily zich toch met haar entourage verzoent, denken we “all’s well that ends well”. Maar dit is buiten Laurent Astier gerekend. Hij breit er nog een apotheose van een twintigtal pagina’s aan. Hierin zijn we getuige van hoe de president, die zich wil terugtrekken uit het publieke leven om samen te zijn met zijn gezin, zijn eigen dood in scène zet. Na dat “Het Venijn” al talloze keren aan de Pinkertons en de politie ontsnapt is, wordt ze nu toch in de gevangenis gezet, verdacht van de moord op de president. Door toedoen van die laatste komt ze toch weer vrij. Het wordt toch niet het happy end waarop haar ouders rekenen. Neen, ze volgt haar hart en keert met haar aangenomen dochtertje terug naar haar vriendinnen waar ze hoopt eindelijk rust te vinden.
In dit afsluitend deel trekt Astier nog eens alle registers open. Het is niet alleen smullen van het hoofdpersonage, maar ook de nevenpersonages zorgen voor de nodige pit. Een kleurrijke vriendinnengroep: een blueszangeres,  “zwarte” kapsters en een lesbisch koppel zijn haar toeverlaat. De Pinkertons die steeds achter de feiten aanhollen zorgen voor een komische noot. Haar oom met zijn dubbele agenda en haar indiaanse beschermer maken het rijtje compleet. Niet alleen de bonte cast, maar ook het tempo waarmee het verhaal zich voltrekt, maakt deze reeks compleet. Op elke pagina valt er iets te beleven.
Het scenario blijft verrassen. Wat een knalidee om het verhaal niet klassiek te laten stoppen bij de familiereünie, maar er nog de verdwijntruc van de president aan toe te voegen.
In de loop van de vijf delen is “Het Venijn” geëvolueerd naar een moderne stadswestern, een misdaadverhaal. Dit is niet echt een klassiek cowboyverhaal maar een heuse thriller met raakpunten in het Wilde Westen.
De tekeningen, kleuren en de pagina-indeling zijn subliem. Het New York van begin 20ste eeuw wordt schitterend in beeld gebracht. De tekenaar heeft zelfs aandacht voor de intrede van de automobiel. En wat te zeggen van de pagina’s over de “Panamerican Exposition” in Buffalo. 
Hoedje af voor het werk van Laurent Astier zowel voor het scenario als voor de tekeningen ! (HV)

Sprokkels en Brokkels

Voor wie eens goed wil lachen: historische kolder!

De ruiterlijke confessies van Dragon Dragon 2. België 1792-1793
Simon Spruyt / Nicolas Juncker
64 pagina’s
Le Lombard

Verschenen op: 04/10/2023

Deel 1

Wat keken wij uit naar de nieuwe “Dragon Dragon”. Toen wij ons exemplaar ophaalden overheerste er maar één gedachte: “Benieuwd of dit deel even komisch is, als het vorige?”. Wel het antwoord is volmondig: JA! Een bij momenten knettergek scenario van Nicolas Juncker met veel gevoel voor humor op papier gezet door Simon Spruyt
“Dragon Dragon”, een hoofd vol perverse gedachten, blijft een oversekste schelm, altijd uit op zijn profijt. Alhoewel hij niet moeders slimste is en vaak de schlemiel, weet hij zich toch steeds uit de hachelijkste situaties te redden. Naast de licht gestoorde “Dragon Dragon” zijn het ook de halfgare nevenfiguren die dit verhaal zo goed maken. Wij hebben genoten van de verwaande generaal Dumoriez, de corrupte Danton, het kneusje Louis-Philippe van Orléans en de klare kijk van Dragons vriend Anselme. Vaak moesten we denken aan de Blackadder-serie en Monty Phyton.
Het verhaal behandelt een stukje Belgische geschiedenis die bij de meesten onder ons onbekend is. Het situeert tussen de slag bij Jemappes (1792) waarbij de Oostenrijkers de Zuidelijke Nederlanden verliezen aan de Fransen en de slag bij Neerwinden (1793) waarbij de Oostenrijkse keizer het gezag herstelt. De aflevering eindigt met het verraad van Dumoriez en Louis-Philippe, die de macht in Parijs willen overnemen, maar daar niet in slagen. Rond deze historische feiten weven Spruyt en Juncker een knotsgek verhaal met een kunstroof als rode draad. In opdracht van Danton moet “Dragon Dragon” aan de hand van “Le Voyage pittoresque de la Flandre et du Brabant”, een reisgids uit 1769, alle daarin vermelde kunstwerken in beslag nemen. Tussendoor probeert Dumoriez een Belgische staat uit de grond te stampen, knoeien Danton en “Dragon Dragon” met de legerbevoorrading en doet Louis-Philippe er alles aan om “Dragon Dragon” te klissen.
Met humor origineel uit de hoek komen, is niet eenvoudig. Toch slagen Juncker en Spruyt er wonderwel in om met spitsvondige dialogen en een zwierige, soms wat karikaturale tekenstijl een topalbum af te leveren: historische kolder van de bovenste plank. De paginagrote tekeningen zijn de kers op de taart. We hebben enkele keren echt goed gelachen met “Dragon Dragon” en zijn lotgevallen. Soms is hij toch letterlijk een “pain in the ass”.
Met de overplaatsing van “Dragon Dragon” naar het Franse leger in Italië o.l.v. Napoleon Bonaparte serveren de auteurs nog een aardige uitsmijter. Als Napoleon adept kunnen we dit alleen maar toejuichen. Laat deel drie maar komen. Humor verzacht de zeden! (HV)

Sprokkels en Brokkels

Geslaagd eerbetoon aan een klassieker, een echte pageturner

Gone with the wind 
Naar de roman van Margaret Mitchell
Pierre Alary
Standaard Uitgeverij 

Verschenen op: 04/10/2023

“Gone with wind” is Pierre Alary’s bewerking van de roman van Margaret Mitchell die met het boek in 1937 de Pulitzerprijs won. Velen onder ons denken wellicht spontaan aan de film uit 1939 met Vivien Leigh en Clark Gable in de hoofdrol. De film haalde een recordomzet en is daarmee één der succesvolste aller tijden.
Dat Alary het aandurfde om dit monument te verstrippen, krijgt van ons alle lof. Bovendien maakte hij er een echte pageturner van!
“Gone with wind” is het verhaal van de eigenzinnige Scarlet O’Hara. Scarlet groeit op op de Tara-plantage in Georgia, in het diepe zuiden van de Verenigde Staten. Ze is wanhopig verliefd op haar jeugdvriend Ashley Wilkes, maar die trouwt tot haar ontzetting met zijn nicht Melanie. Scarlet is ontroostbaar en ten einde raad trouwt ze out of the blue met Charles Hamilton. Wanneer de burgeroorlog uitbreekt is Charles bij de eerste slachtoffers. Scarlet, ondertussen bevallen van een zoon, trekt naar Atlanta om daar te rouwen. Hier leert ze Rhett Butler, smokkelaar en avonturier, beter kennen. Als de kansen van de Zuidelijken keren en de oorlog gruwelijker wordt, meldt Scarlet zich tegen haar zin aan om te helpen als verpleegster. Onder invloed van Rhett Butler laat ze de rouw achter zich, maar als Ashley op verlof komt, gaat de oude liefdeswonde weer open. Wanneer Atlanta valt, weet ze samen met Melanie, de kinderen en de meid met de hulp van Rhett uit de brandende stad te vluchten. Op Tara aangekomen ziet ze de gevolgen van de oorlog. Al snel werpt ze zich op als behoedster van haar familie en wil ze kost wat kost Tara redden van de ondergang. Bij de terugkeer van de gedesillusioneerde Ashley herleeft Scarlets hoop op zijn liefde, maar hij kiest definitief voor zijn vrouw Melanie, al weer een streep op haar ziel. Nadat een overgelopen buur een bod doet op Tara en ze geen geld heeft om de belastingen op het landgoed te betalen, keert ze weer naar Atlanta op zoek naar Rhett Butler, op zoek naar financiële hulp. Vindt ze bij hem het geld, de liefde, het geluk? Wordt vervolgd. Jammer dat we op de afloop moeten wachten.

Alary serveert ons in een zwierige tekenstijl een verhaal met veel facetten. We krijgen een mooi tijdsbeeld van de euforische mindset van de Zuidelijken bij aanvang van de Amerikaanse successieoorlog. De rode draad door het eerste deel is de onbeantwoorde liefde van Scarlet voor Ashley. Pakkend is de ontgroening van een puber meisje dat door de ellende van de oorlog van de ene op de andere dag een verbeten volwassen vrouw wordt. Er is het verbale steekspel tussen Scarlet en Rhett, door de auteur in snedige dialogen weergegeven, en er is de hardnekkigheid waarmee Scarlet schakelt naar een overlevingsmodus om als mater familias het landgoed Tara in bezit te houden. De auteur laat ons haar verlangen naar echte liefde voelen. 
Scenario, tekenstijl en kleurenpalet vloeien hier perfect in elkaar. Het album pakt je meteen vast en laat je zelfs na de laatste pagina niet los. Het mag duidelijk zijn waarom dit een echte topper is en het tijdloze werk van Margaret Mitchell alle eer aan doet!
Toch is ons nog een zetduiveltje opgevallen. Op pagina 68 staat 1963, maar dit moet vanzelfsprekend 1863 zijn 😉 (HV)

Sprokkels en Brokkels

Kunstzinnige beeldroman over een beladen tijdspanne

Scheisseimer Getekende herinneringen aan een oorlog
Koenraad Tinel
304 pagina’s
Uitgeverij Oogachtend

Verschenen op: 21/09/2023

Koenraad Tinel website

Interview met Koenraad Tinel op PulpDeLuxe.be

Op 4 oktober 2023 woonden we in de Gentse “Viernulvier” (vroegere Vooruit) de boekvoorstelling van “Scheisseimer” van Koenraad Tinel bij. We waren niet alleen onder de indruk van het exposé van de auteur, maar ook de zeer verzorgde uitgave, een klepper van een beeldroman, beroerde ons. “Scheisseimer” is de metafoor voor alle troep, alle str**t, al het vuil dat een oorlog met zich meebrengt.
In 240 sepia-zwartgrijze aangrijpende inkttekeningen vertelt Koenraad Tinel over de herinneringen van zijn kindertijd tussen 1940 en 1946. Hij is zes jaar als het Duitse leger België binnenvalt. Zijn ouders en familie zijn nazigezind en collaboreren zwaar met de bezetter. Bij de landing in Normandië wordt het zijn ouders te warm onder de voeten en slaat het gezin op de vlucht naar Duitsland. Een tocht die hen langs de verschrikkingen van de oorlog naar een klein dorpje aan de grens met Tsjechië leidt. Hier voelt Koenraad zich kortstondig gelukkig, tot de Russen komen en ze opnieuw moeten vluchten. Naast de weinige bagage die hen nog rest, neemt hij een geëmailleerde toiletemmer mee, een “Scheisseimer”. Het gezin bereikt de Amerikaanse zone. In het stadje Bamberg ervaart hij andermaal de gruwel van de oorlog. Wanneer zijn vader er gevangen wordt genomen, keert hij met zijn zus en moeder terug naar Gent. We schrijven 1946.
Nieuwe ontmoetingen en vriendschappen, nieuwe inzichten en herinneringen zorgden voor deze herwerkte versie van “Scheisseimer” uit 2009, die hij toen samen met David Van Reybrouck uitbracht. Tinel vertelt ook over zijn Joodse pianolerares Betty Galinsky en hoe het met zijn oudere broers afloopt. Deze beeldroman is niet alleen een pakkende getuigenis, maar ook een tijdsdocument. Door de ogen van een kind krijgen we een beeld van de sfeer in een collaborerend gezin, van hoe het er in het “verliezende” kamp aan toe gaat. Ondanks de keuze van zijn ouders en broers en alle ellende die dit voor hem meebrengt, veroordeelt hij hen niet. Hij praat met begrip en liefde over zijn gezinsleden. Wel geeft de auteur zich rekenschap van de gevolgen van het Nazisme als hij denkt aan zijn joodse pianolerares, aan zijn joodse vriend Simon Gronowski waarmee hij een diepe vriendschap opbouwde en samen tonen ze dat vergiffenis rijker is dan haat, aan al die andere Joden en aan al die andere slachtoffers. Na bijna tachtig jaar blijft het voor Koenraad Tinel moeilijk om zich van deze periode te ontdoen. Getuige hiervan is de slotzin van het verhaal: “Ik zal nooit met dit verhaal in het reine komen”.
Het zijn natuurlijk de indringende, sombere kunstige inkttekeningen in een soms ietwat kinderlijke stijl die dit diepmenselijke verhaal echt doen binnenkomen. Een waaier aan zwartwit en grijswaarden onderstrepen de gevoelens waarmee de auteur worstelt. Deze vernieuwde versie werd knap vorm gegeven door Rob Westendorp.
Dat er over deze kant van de oorlog nog steeds zaken moeten verwerkt worden, blijkt niet alleen uit dit werk, maar ook uit series zoals “Kinderen van de collaboratie” en boeken zoals “WIL” van Jeroen Olyslaegers en “De Draaischijf” van Tom Lanoye. 
Koenraad Tinel maakte met “Scheisseimer” een kunstzinnige beeldroman over een beladen tijdspanne uit zijn leven, een periode waaraan hij zelf geen schuld heeft, maar die toch zijn leven op de dag van vandaag nog tekent. Een boek dat door de band met Simon Gronowski in het teken van verzoening staat . Het biedt mogelijkheden om hier rond met adolescenten aan de slag te gaan en verdient zijn plaats in elke middelbare schoolbibliotheek.
Een zeer verzorgde uitgave, goed gedaan uitgeverij Oogachtend.(HV)

Sprokkels en Brokkels

Vernuftig scenario, sublieme donkere tekeningen, een must read

De Belegerden
Stefano Nardella / Vincenzo Bizzarri
124 pagina’s
Lauwert Uitgeverij 

Verschenen op: 21/09/2023

“De Belegerden” is een donker verhaal aan de rand van de maatschappij met alleen maar verliezers, een mix van een gangsterverhaal, wraak en menselijke troosteloosheid. 
“De Belegerden” vertelt het verhaal van de lotgevallen van de “Onpi”,een gekraakte woonkazerne. Daar huist een bonte verzameling krakers bereid om tot het uiterste te gaan om het pand niet te moeten verlaten.
Het verhaal wordt verteld door een gangsterbaas. Als deze na een geslaagde kraak in zijn schuiloord een schilderij, “De vlucht der belegerden”, van onder het stof haalt, willen zijn handlangers meer weten over dit werk. Zo maken we kennis met Fausto, de gekke schilder, Esterina, de heelster van gestolen sigaretten, en Cirù een beginnend boefje, die na een aanvaring met een jeugdbende zijn toevlucht zoekt in de “Onpi” net op het moment dat de politie het gebouw omsingelt en de weinige overgebleven bewoners uit hun huis probeert te zetten.
Via verschillende verhaallijnen komen we te weten wat de protagonisten op hun kerfstok hebben en wat ze met elkaar te maken hebben. Ofwel zijn ze aan elkaar gelinkt door het kraakpand, ofwel hebben ze één of andere misdaad of wraakactie gemeen. Stefano Nardella knutselde een vernuftig uitgekiend scenario kunstig in elkaar. Zo vernemen we dat de gangsterbaas en Fausto verantwoordelijk zijn voor de dood van Cirù’s broer, dat Fausto door omerta in de cel belandt en er gek wordt en dat Esterina’s zoon gedood is door de politiecommandant. Uiteindelijk neemt Esterina een drastische beslissing en blaast de “Onpi” op. Cirù is een van de weinigen die de belegering overleeft. In de epiloog wordt duidelijk hoe het schilderij in het bezit van de gangsterbaas is gekomen en hoe hij Cirù inlijft als zijn opvolger en zo zijn schuld inlost.
Naast het schilderij “De vlucht der belegerden” wordt elk hoofdstuk ingeleid met telkens een ander schilderij van de fictieve “gekke” schilder Fausto Musso. Dat schilderij vormt dan ook de rode draad door het hoofdstuk. 
Vincenzo Bizzarri geeft het album met een donker kleurenpalet een zekere zwaarmoedigheid, alsof we de uitzichtloosheid van Cirù en de krakers meevoelen. De tekeningen van avond- en nachtscènes zijn subliem. De tekenaar kan knap overweg met de duisternis. De uitwerking van de verschillende personages is af. Bovendien klopt de enscenering helemaal. 
Het duo Nardella en Bizzarri is echt een ontdekking. Weer een voltreffer voor Lauwert Uitgeverij. (HV)

De Onpi
De Onpi
De vlucht der belegerden
Sprokkels en Brokkels

Boeiend spionageverhaal in een historisch kader.

Berlijn 61
Patrick Weber / Baudouin Deville / Bérengère Marquebreucq
64 pagina’s
Uitgeverij Anspach

Verschenen op: 25/10/2023

“Berlijn 61” is het vijfde avontuur van Kathleen Van Overstraeten, stewardess bij Sabena. Wat in 2018 begon met het als one shot bedoelde “Glimlach 58” over de Expo ’58, kreeg ondertussen een vervolg in “Leopoldstad 60” (2019), in Brussel in oorlogstijd “Brussel 43” (2020) en de brand in de Innovation, “Inno 67” (2021). Elk album is een op zichzelf staand verhaal verweven met een stukje Belgische geschiedenis. Elk album bestaat uit een strip aangevuld met een historisch dossier dat duiding geeft bij het verhaal.
Deze keer wordt de actie verlegd naar West- en Oost-Berlijn voor een onvervalst spionageverhaal in volle Koude Oorlog, met Stasi-agenten die op de loer liggen.
Op de terugweg van een vakantie aan de Côte d’Azur samen met haar vriend Gerard, ontmoet Kathleen in de wagon van een autoslaaptrein een mysterieuze en angstige jonge vrouw, een Oost-Duitse violiste. Als de vrouw spoorloos uit de trein verdwijnt, gaan bij Kathleen de alarmbellen af. In de coupé vindt ze een vioolkist met het adres van de vrouw. Kathleen gaat in detective-modus en maakt zich sterk de vrouw terug te vinden. Nadat ze bij de Belgische staatsveiligheid meer verneemt over de identiteit van de violiste, Annelore Schmidt, wordt ze zonder het zelf te beseffen benaderd door Stasi-spionnen, die haar met hun charmes proberen in te palmen. Die Stasi-Romeo’s helpen haar om in Oost-Berlijn te komen. Hier krijgt ze hulp van een professor Egyptologie, spion voor het Westen. Uiteindelijk wordt Kathleen door Annelore ontvoerd en komt ze te weten dat die naar Oost-Berlijn is teruggekeerd om haar tweelingzus mee te nemen naar het Westen en dat ze gezocht wordt door de Stasi. Als Kathleen beroep doet op haar Duitse “vrienden”, blijken die Stasi-spionnen te zijn, dit geldt ook voor de vriend van de tweelingzus. Kathleen wordt het land uit gezet en de zusjes moeten in Oost-Berlijn blijven. Terug in België wordt duidelijk in wat voor web ze was terecht gekomen. Voor haar was de reis een totale mislukking. Of toch niet, als blijkt dat ze via de professor een ultra geheime hiëroglief met daarop waardevolle militaire info uit Oost-Berlijn meebracht . Ze beseft dat ze door de staatsveiligheid als boodschapper is gebruikt.
Patrick Weber slaagt er in een spannend spionageverhaal te schrijven doorspekt met historische feiten en weetjes zonder dat het belerend overkomt. Het is geen les geschiedenis, maar toch komen we heel wat te weten over het Berlijn van 61. Het historisch dossier doet daar nog een schepje bovenop met extra info over de bouw van de Muur en de gevolgen er van, het vliegtuig “Caravelle”, slaaptreinen en de operatie “Romeo”. 
Het album baadt in een nostalgische sfeer en geeft een mooi tijdsbeeld van het Berlijn van de Koude Oorlog. 
Deze serie ademt Belgisch, niet alleen door de onderwerpen van de albums maar ook door de klassieke tekenstijl van Baudouin Deville. Het zijn strips van de klare lijn in de stijl van Marvano, E.P. Jacobs en Hergé. Naast de prima tekeningen verdient ook de inkleuring van Bérengère Marquebreucq een pluim.
Berlijn 61 is misschien niet het top album, maar zorgde toch voor een uurtje onderhoudend leesplezier. We zijn al benieuwd naar het album over 1965.
Uniek aan deze reeks is dat ze tot stand is gekomen via een crowdfundig (uleve.com). De Waals-Brabantse onafhankelijke uitgeverij Anspach heeft duurzaamheid blijkbaar hoog in het vaandel en kiest er voor om deze uitgaven in België te laten drukken en niet ergens in een ver buitenland en zo ook zijn steentje bij te dragen tot het minderen van de CO2-uitstoot. Bovendien zetten ze het album aan een schappelijke prijs van € 15,5 in de markt. (HV)

Sprokkels en Brokkels

De teloorgang van de “Amerindianen”: de beste westertekenaars verzameld!

Indians! De zwarte schaduw van de blanke man
Tiburce Ogier / Diversen
120 pagina’s
Saga Uitgaven
Collectie Bamboe

Verschenen op: 20/10/2023

Na een eerste krachttoer in 2022 om de beste westertekenaars samen te brengen voor het album “Go west Young man” deed Tiburce Ogier zijn kunstje nog eens over. Dit maal verzamelde hij zeventien grote western-auteurs voor het nieuwe album “Indians! De zwarte schaduw van de blanke man”:  Laurent Astier (Het Venijn), Emmanuel Bazin (Bad Reputation), Dominique Bertail (Monde Reverso), Michel Blanc-Dumont (De Jonge Jaren van Blueberry, Jonathan Cartland), Benjamin Blasco-Martinez (Catamount), Dimitri Armand (Texas JackSykes), Derib (Buddy Longway, Yakari, Go West, Hij die Tweemaal Geboren Werd, Red Road), Paul Gastine (Tot de Laatste), Laurent Hirn (De Macht der Onschuldigen, De Lach van de Clown), Jef (Verdwaalde Kogels, Geronimo), Hugues Labiano (Ster van de Woestijn, Dixie Road, De Leeuw van Juda), Mathieu Lauffray (Long John SilverRaven), Felix Meynet (SavageKaraat), Christian Rossi (Jim CutlassDeadlineW.E.S.T.), Michel Rouge (Comanche, Gunfighter, Marshal Blueberry), Ronan Toulhoat (Ira DeiHet Piratenrijk)

In zestien verhalen beschrijven ze de donkere periodes van de geschiedenis van de Noord-Amerikaanse Indianen van 1540 tot 1922. Vier eeuwen kolonisatie van de blanke Europeaan die, tussen de slachtpartijen en de ziekten die de kolonisten verspreidden, zal leiden tot een genocide die nooit officieel die naam droeg, maar die 14 miljoen “Amerindianen” decimeerde. Het blijft verbazen dat het Indianenverhaal ons blijft beroeren, denken we maar aan de recentste film van Martin Scorsese “Killers of the flower moon”.
Als western-fan hebben we van dit album genoten. Elke tekenaar, ieder in zijn eigen stijl, neemt op scenario van Tiburce Ogier een deel van de teloorgang van de Indianen volkeren voor zijn rekening. Een geslaagde samenwerking met als resultaat een prachtig album. 
“Indians!” illustreert de lijdensweg van de “Amerindianen” vanaf de komst van de Spaanse conquistadores, over de stammenoorlogen tot de bijna uitroeiing door de blanke pioniers. Naast dit triest verhaal bevat het album heel wat weetjes en passeren er een rist bekenden de revue. Zo vernemen we dat het Lacrosse-spel zijn oorsprong vindt bij de Noord-Amerikaanse Indianen en maken we kennis met George Catlin, een kunstschilder die zich specialiseerde in het maken van portretten van Indianen. Er is aandacht voor William Harrison die, dankzij het onderdrukken van een opstand van de Indianen onder leiding van Tecumseh, het schopte tot de negende president van de Verenigde Staten en er is de oprichting van de kostschool Fort Sill Indian School. Op deze scholen probeerde men de kinderen hun traditionele leefwijze af te leren ten gunste van westerse normen en waarden. Naast Tecumseh komen ook Mangas Colorades, Cochise, Quannah Parker en de stichter van de stad Quebec, Samuel De Champlain, aan bod. Er wordt ook veel aandacht besteed aan hoe de intrede van het paard het leven van de Indianen ingrijpend veranderde.
Hoofdstuk twee is een eerbetoon aan cartoonist en landschapschilder Jimmy Swinnerton en aan Hans G. Kresse, die zich in zijn Indianenreeks krachtig afzet tegen de houding van de blanken tegenover de Noord-Amerikaanse Indianen. Voor Tiburce Ogier en zijn collega’s is dit album een levendig eerbetoon aan de onderdrukte inheemse volkeren.
Net als in “Go west Young man” is er een rode draad in het verhaal. Ogier koos deze keer voor de iconische “Grote Adelaar”, die hoog vanuit de lucht aanschouwt hoe de Indiaanse wereld er aan gaat. Dat de tekenaars, elk met hun eigen aanpak, er een pareltje van gemaakt hebben, hoeft geen betoog. Klasse blijft klasse! Als we er toch eentje extra moeten prijzen dan is het de prachtige cover van Michel Blanc-Dumont. De diehard fans kunnen ook kiezen voor de Franse versies met covers van Lauffray en Gastine. Een handigheidje van de uitgever ;).
“Indians” is een must have / read voor alle cowboys en indianen onder ons! (HV)

Sprokkels en Brokkels

Een thriller in de poolnacht: een eerbetoon aan de Sami

De laatste Lap
Javier Cosnava / Toni Carbos / Olivier Truc
168 pagina’s

Uitgeverij Lauwert

Verschenen op: 14/11/2023

“De laatste Lap” is de verstripping van de misdaadroman “Le dernier Lapon” van Olivier Truc uit 2012, vertaald in twintig talen en bij ons in de boekhandel verkrijgbaar onder de titel “40 dagen zonder schaduw”. Stripscenarist Carbos en tekenaar Cosnava hebben er een spannende pageturner van gemaakt, een zeer aangename kennismaking met dit Spaanse duo.
Deze thriller speelt zich af in Kautokeino, Noorwegen, centraal Lapland, dat veertig dagen lang in de poolnacht is ondergedompeld. In dit Sami-dorp (de echte naam voor de Lappen) is een heilige sjamanentrommel gestolen en een rendierhoeder vermoord. Ondanks dat ze door collega’s en enkele dorpelingen gedwarsboomd worden, zetten twee agenten van de rendierpolitie hun tanden in deze zaak. Al gauw komen ze tot de vaststelling dat de twee feiten met elkaar verbonden zijn en komen op het spoor van een Franse geoloog die op zoek is naar een goudader en andere rijkdommen in de Lapse ondergrond. De vindplaats staat in een soort code op de sjamanentrommel. De Franse goudzoeker chanteert de enige Lap, “De laatste Lap”, die nog echt in het wild leeft en de streek op zijn duimpje kent en dwingt hem de weg naar het goud te helpen zoeken. Wanneer ze hun doel bereiken, wil de geoloog zich van de Lap ontdoen en komt het tot een gevecht tussen beide, waarbij de Lap zich wreekt op de Fransman. Ondertussen zit de rendierpolitie op het goede spoor. We komen alles te weten over het geheim van de trommel en de manipulatie van een corrupt Noors gemeenteraadslid die knoeit met grondclaims en via de Fransman hoopt zijn deel van de rijke bodemschatten binnen te rijven. De rendierpolitie en de Lap komen uiteindelijk tot een vergelijk en de laatste neemt het geheim van de mijn mee naar de wijdse toendra.
“De laatste Lap” is een aanklacht tegen de onderdrukking van de Sami-bevolking en het blind ontginnen van de bodem door de diverse overheden. Via flashbacks zien we dat de Lappen door de Protestantse Kerk, de autoriteiten en bij uitbreiding door de ganse Noorse samenleving zwaar gediscrimineerd werden. Het racisme van de Zweden, Noren en Finnen t.o.v. van de Sami is voor ons in Vlaanderen quasi onbekend. Zelf hadden we een ideaalbeeld van de Scandinavische samenleving en is het zeer confronterend te lezen dat de Sami door de autoriteiten als minderwaardig worden beschouwd. Ter illustratie, de Sami werden enkel toegelaten tot de rendierpolitie, die zich in principe alleen maar mag bekommeren om de rendierhoeders en het tellen van het aantal rendieren. Gewoon politiewerk kon enkel maar op bevel van een overste. Ook de milieuvervuilende mijnbouw bedreigt de Sami-gemeenschap.
De heel kenmerkende tekenstijl van Carbos bevalt ons zeer. De tekeningen zijn niet geïnkt, maar allemaal in potlood. We merken dat hij een fan is van de klare lijn en we zien duidelijke manga-invloeden. Heel opvallend vinden we de neuzen van de personages. Er zitten een paar kloeke exemplaren bij. Naast een palet van grijs gebruikt hij alleen nog blauw als kleur. Per pagina staan er meestal zes afzonderlijke getekende prenten in gelijke vierkantjes.
Via deze echt goed opgebouwde thriller wilt Olivier Truc, gewezen correspondent voor het Franse dagblad Le Monde in Zweden, de inferieure behandeling van de Sami aan de kaak stellen. 
Bij het album hoort een bijlage waarin we nog meer duiding krijgen over de positie van de Sami. De schrijver, tekenaar en scenarist worden ook extra belicht.
Alle credits aan uitgeverij Lauwert om dit pareltje in hun catalogus te nemen. (HV)

De geschiedenis van de Sami.

De rendierpolitie documentaire ⇒

Sprokkels en Brokkels

Een wervelend sprookje: ode aan de vriendschap

Het beest 2/2
Zidrou / Frank Pé
208 pagina’s
Dupuis

Verschenen op: 08/11/2023

“Het Beest 1” was voor Sprokkels en Brokkels en het gros van de stripwereld de beste strip van 2022, dus keken we met argusogen uit naar het verschijnen van deel twee. Wel, we gaan er geen doekjes omwinden. Het “Beest 2” overtreft onze stoutste verwachtingen. Wat een wervelend verhaal! Ook niet-Robbedoesfans zullen dit tweeluik zeker smaken.
In deel 1 belandt een marsupilami door smokkelaars van exotische dieren in de haven van Antwerpen, draaischijf van illegale handel. We schrijven 1955. Het beest weet te ontsnappen naar de voorsteden van Brussel waar hij onderdak vindt bij François. François, zoon van een Duits soldaat, leeft alleen met zijn moeder en een rist verwaarloosde dieren, die hij opvangt. Wanneer François het beest meeneemt naar zijn klas voor een spreekbeurt, breekt de hel los. De marsupilami bijt een klasgenootje en als de moeder een klacht indient, worden de marsupilami en de andere dieren weggehaald en naar het dierenasiel gebracht. De ontroostbare François sluit zich op in zijn kamer.
In deel 2 gaan de auteurs meteen verder met het verhaal. Als zijn moeder uit eten gaat bij meester Hendrik besluit François “Langstaart”, aka de marsupilami, te bevrijden. Samen met Markies, zijn everzwijn, en Zat, het paard, trekt hij door Brussel. Ondertussen zijn Sneutvelmans, professor in de cryptozoölogie, een fantast die er van droomt dieren te ontdekken waarvan het bestaan nog niet onomstotelijk bewezen is, en dokter Bora, ook in het asiel beland. Zij willen “Langstaart” meenemen en opzetten in het Natuurhistorisch Museum. François, Markies en Zat slagen er in om Langstaart te verlossen. Vanaf hier gaat het verhaal in de hoogste versnelling. De acties volgen elkaar aan een razend tempo op. Uiteindelijk krijgt François hulp uit onverwachte hoek. Samen met zijn klasgenoten, die hem eerder pestten, kan hij “Langstaart” naar huis terug brengen. Vriendschap overwint de slechte bedoelingen. Het verhaal krijgt een onverwacht sprookjesachtig einde als professor Sneutvelmans en dokter Bora “Langstaart” terug brengen naar zijn natuurlijke habitat : de oerwouden in Polombië. All’s well that ends well. 
Dit album heeft alles wat een avonturenstrip moet hebben: actie, emoties, een lach en een traan! Superlatieven schieten te kort. 
Frank Pé bewijst dat hij niet alleen als geen ander dieren kan tekenen, maar ook schitterende stadszichten van Brussel uit de jaren 50, geweldige achtervolgingsscènes en spannende gevechtsscènes uit zijn potlood kan toveren. Wat hebben we genoten van de prachtige paginagrote prenten van “Brussels by Night”, de vlucht op het binnenschip, de stoffenwinkel Waucquez in Hortastijl en de elektrocutie van de marsupilami, stuk voor stuk pareltjes. 
Het verhaal zit vol verwijzingen naar de stripwereld. Zo herkennen we in meester Hendrik de grootmeester André Franquin, geestelijke vader van de marsupilami, en lijkt de vloekende schooldirecteur heel erg op Jijé. Er is ook de ode aan Kuifje in de vitrines van de Brusselse Inno en de gevechtscène in de Waucqez winkel, het huidige stripmuseum in de Zandstraat te Brussel. En en passant verschijnt de journaliste IJzerlijm die samen met François “Langstaart” omdoopt tot marsupilami. Een knipoog van de auteurs naar het avontuur “De film van het jaar: de Marsupilami (1956)” waarin IJzerlijm het wezen ontdekte en volgde. In 1960 werd dit verhaal verzameld en gepubliceerd in een album onder de titel “Het nest van de Marsupilami’s”. 
Het duo Zidrou en Pé serveert ons schitterend uitgewerkte personages. We hebben gesmuld van de naïef verliefde meester Hendrik, de heerlijk vloekende directeur, de licht geschifte professor Sneutvelmans, de van mannen in uniform houdende moeder, de brutale Brusselse ketjes, Zat het beschonken paard en natuurlijk stelen François en “Het Beest” toch echt de show.
“Het Beest” behoort echt tot het betere werk van 2023! Het zou ons verwonderen mocht dit niet hoog eindigen in de eindejaarslijstjes.

Sprokkels en Brokkels

Gags aan een hoog tempo! Kolderiek!

Heden Verse Vis 2. Bruggenbouwers
Marc Legendre / Charel Cambré
68 pagina’s

Standaard Uitgeverij 

Verschenen op: 14/11/2023

Marc Legendre en Charel Cambré hebben met het eerste album “Heden Verse Vis. En route!” de lat hoog gelegd. Met deel twee “Bruggenbouwers” komen ze aardig in de buurt. Veel spontaan gelachen, een uurtje gezonde ontspanning. Alle humoristische ingrediënten uit deel één zijn aanwezig. De gags volgen elkaar aan een hoog tempo op. Zelfrelativering en zelfspot blijven de ondertoon van het verhaal.
Legendre en Cambré zijn gestrand in het Spaanse witte dorp, Verilejo, nadat een modderstroom de brug, de enige verbinding met Spanje, vernielde. In afwachting van een nieuwe brug proberen ze zich zo goed en zo kwaad te integreren in het dorpsleven. 
Een scenario voor een nieuwe strip is de rode draad door het album. Wanneer het tweetal zich wilt afzonderen in een hut op het strand om aan hun verhaal te werken, menen de “locals” dat ze een strandbar geopend hebben. Vanaf hier schakelt het verhaal een versnelling hoger, een opeenvolging van komische situaties, bij momenten kolderiek. Er gebeurt van alles behalve het schrijven van een scenario. Als er dan toch een brug komt, laat hun auto hen in de steek en besluiten ze te blijven! Eensklaps komt de muze en krijgen ze het “lumineus” idee om een strip over zichzelf te schrijven. “Leven als god in Spanje en een strip maken. Het leven van een striptekenaar is afzien ! “ wordt het motto van het duo. 😉
De auteurs drijven opnieuw de spot met een aantal maatschappelijke thema’s. Ze steken de draak met Nederlands bier, het “elitaire” van graphic novels, voedingsgewoonten, Duitse toeristen, Spaanse gewoonten en de onderwaardering van de stripwereld in het algemeen.
Cambré zet enkele schitterende personages neer. We hebben genoten van Isidro, de lawaaierige buurman, van cafébaas Felipe en zijn vrouw, van Don Manuel, de burgemeester en van de vluchtelingen / seizoensarbeiders uit Duinkerken.
Ook het steenkoolengels van de hoofdpersonages beroerde onze lachspieren.
Cambré blijft een hoog Lambik-gehalte hebben, telkens hij zich wil manifesteren, loopt het mis.
“Bruggenbouwers” evenaart misschien niet helemaal zijn voorganger, maar is toch een zeer geestig album.
Voor ons graag nog een portie “Verse Vis”! (HV)

Sprokkels en Brokkels

Een ode aan “TAFKAP”! Grote oeuvres verbinden ons allemaal!

We gaan niet naar Paisley Park
Jef / Thomas Kotlarek
112 pagina’s
Lauwert uitgeverij

Verschenen op: 25/10/2023

Spotify-lijst

Hoe ver kan je als fan gaan in de adoratie van je favoriete ster? Volgens Jef en Thomas Kotlarek, heel ver. Zo ver zelfs dat ze hun alter ego’s de hoofdrol laten spelen in een ode aan hun idool “The Artist Formerly Known As Prince” (TAFKAP).
“We gaan niet naar Paisley Park” is geen biografie, maar een roadmovie die de auteurs gebruiken als kapstok om feiten, weetjes en faits divers uit het leven van Prince aan op te hangen.
Het verhaal start op 21 april 2016 de dag waarop Prince dood aangetroffen wordt in de lift van zijn opnamestudio Paisley Park in Minneapolis (Minnesota). Aan de andere kant van de oceaan in Frankrijk bezorgt dit slechte nieuws Sergio, een excentrieke oudere platenhandelaar en notoir muziekverzamelaar, een beroerte. Terug aan de beterhand overhaalt hij twee van zijn trouwste klanten Tom (aka Thomas K.) en Jef (aka Jef) om naar Minneapolis te reizen en daar de zeldzame opnames die Prince maakte samen met Miles Davis voor hem op te halen. De moederbanden zijn volgens de legende veilig opgeborgen in de “Vault”, de gepantserde kluis van de opnamestudio, waar duizenden onuitgebrachte opnames opgeborgen liggen. Als onderpand krijgt het duo Prince’s Ford Thunderbird uit 1966 uit Sergio’s collectie mee. Vanuit New York start hun funkrock pelgrimstocht door het midwesten van Amerika. Vanaf hier volgt een reisverslag met regelmaat onderbroken door gebeurtenissen uit het leven van Prince. Tom en Jef belanden o.a. op een filmset met regisseur Kevin Smith, in Chicago ontmoeten ze Snoop Dog en met het einddoel in zicht komen ze langs First Avenue waar ze George Clinton tegen het lijf lopen. Deze laatste helpt hen Paisley Park binnen te komen. De trip eindigt op een anticlimax, want de “Vault” is door het bedrijf dat het nalatenschap beheert leeg gemaakt.
Naast een beeld van de carrière van Prince covert dit album een stuk muziekgeschiedenis. Een resem muzikanten en groepen passeren de revue. We hebben er een 45-tal samengebracht in een heus Spotify-lijstje (zie hieronder).
De auteurs besteden ook aandacht aan de rivaliteit tussen Michael Jackson en The Kid (aka Prince). Het album bevat enkele leuke gimmicks zoals Prince en Miles Davis die de strip lezen en hun eigen verhaal met een korrel zout nemen. Er is de zwerfkat die ze in het begin van hun trip meenemen en op het einde blijkt het Paisley Park de kat van Prince te zijn. Tof dat Sergio’s  platenzaak “The Vault” noemt een soort grot van Alibaba met muziekobjecten.
Als toetje krijgen we achteraan nog een fotocollage van de research-trip van de auteurs op weg naar Paisley Park.
Hier en daar hapert het scenario, maakt het sprongen, is het een beetje warrig. 
Het tekenwerk van Jef bevalt ons zeer, soms karikaturaal, onvoorspelbaar. Vooral figuren als Michael Jackson en James Brown komen wat burlesk over. Een onregelmatige paginaopbouw met prenten in alle formaten en paginagrote tekeningen geven iets extra aan het album. Opvallend dat prenten met Prince in actie een paarse onderkleur hebben. Toeval?
Als muziekfan hebben we deze graphic novel graag gelezen en herlezen. De echte Prince- en funkfreaks zullen er ook wel weg van zijn. Ondertussen scoort het album, want op de website van de uitgeverij prijkt het label “sold out”. Wie nog een exemplaar wilt, rept zich best asap naar zijn favoriete stripwinkel. Bij Lauwert liet men weten dat er niet meteen een herdruk komt.
Tot slot nog een quote die bij ons is blijven hangen: “Uiteindelijk verbinden grote oeuvres ons allemaal!” (HV)

Sprokkels en Brokkels

Historisch anti heldenepos

Mattéo Zesde periode (02/09/1939 – 03/06/1940)
Jean-Pierre Gibrat
72 pagina’s
Uitgeverij Daedalus

Verschenen op: 17/11/2023

De reeks

Deel zes is een waardig slotstuk van deze knappe reeks. Mattéo is het verhaal van een jonge man die zijn eigen vader niet gekend heeft, maar toch wilt leven naar diens revolutionaire, anarchistische idealen. Zo belandt hij in de Eerste Wereldoorlog, de Russische revolutie, de Spaanse burgeroorlog en ten slotte in de voorgevechten van WO II. Tussen deze historische feiten keert hij telkens terug naar zijn oude moeder in zijn geboortedorp Collioure, maar vooral naar zijn geliefde Juliette. Vaak raakt hij ongewild bij politieke zaken betrokken, vaak aan de verkeerde kant van de macht. Door de zes delen heen mist de reeks soms wat vaart, maar boeit toch als “historisch anti heldenepos”. 
De reeks covert een kwarteeuw Frans, Europese geschiedenis. De eerste periode start in 1914 en de zesde eindigt in 1940. 
Aan het einde van deel vijf is Mattéo als republikeins soldaat uit Spanje gevlucht voor de Franquisten en wordt door de Franse kustwacht opgepakt en gevangen gezet. Bij een overplaatsing naar de gevangenis van Perpignan laat een gendarme met dezelfde revolutionaire sympathieën hem gaan. Hij duikt onder bij zijn vriend Paulin, blind teruggekeerd van het front (zie deel 1). Hier verneemt hij dat Frankrijk in oorlog is met Duitsland. Mattéo zoekt opnieuw contact met Juliette, de liefde van zijn leven, waarmee hij een zoon Louis heeft (zie deel vier). Louis, opgevoed bij de rijke familie “De Brignac” van Juliettes overleden man, is zich er niet bewust van dat Mattéo zijn vader is. Noch zijn moeder, noch Mattéo hebben het aangedurfd om hem dit te vertellen. Als later blijkt dat Louis door de Duitsers is gevangen genomen, besluit Mattéo hem te gaan zoeken. Met behulp van een geestelijke weet hij Louis te bevrijden. Samen gaan ze op zoek naar Louis’ eenheid. Wanneer Louis vraagt wat Mattéo drijft om hem te bevrijden, probeert Mattéo het verhaal van zijn leven te schetsen, maar slaagt hij er niet in te vertellen dat hij zijn vader is. Het Franse leger wordt terug gedrongen naar het strand van Duinkerke. Hier brengt het lot hen samen met Amélie, oud medestandster van Mattéo in Spanje en nu verpleegster in het Brits expeditieleger (zie deel twee). Met haar hulp lukt het hen aan boord van een zeilboot Engeland te bereiken, “Operatie Dynamo”. Tot Mattéo’s verbazing vermoed Louis dat hij zijn vader is. 
Met deze climax stopt de reeks. 
Gibrat houdt er aan de serie met een open einde af te sluiten. Er blijven echter nog een hoop vragen over. Keren ze nog terug naar Frankrijk? Komt Louis te weten wie zijn echte vader is? Misschien komt er ooit nog een vervolg. Voor ons hoeft dat niet, maar wie weet? … 
Al is het scenario soms wat zwaar op de hand, de tekenstijl van Gibrat maakt alles goed. Sinds “Het Uitstel 1” (1997) zijn we 200% fan van deze Franse topper. Elke pagina is prima opgebouwd, een lust voor het oog: knappe karakterkoppen en landschappen om van te smullen. Zijn kleurenpalet weet de juiste te sfeer te scheppen. En dan zijn er de vrouwen van Gibrat. Op het eerst lijken ze allemaal familie van elkaar te zijn, met dezelfde zwoele blik, maar toch hebben ze elk hun eigenheid. Beeldige plaatjes!
Alles in beschouwing genomen, scenario en tekeningen, is dit een topreeks, een aanrader voor wie ze nog niet kent! (HV)

Sprokkels en Brokkels

Agent H21, een icoon van de Belle Epoque

Mata Hari
Esther Gil / Laurent Paturaud
80 pagina’s
Dark Dragon Books

Verschenen op: 05/12/2023

Over het leven van de mysterieuze Mata Hari, aka Margaretha Geertruida Zelle, zijn al veel boeken geschreven, documentaires, films en zelfs series gemaakt. Ze werd gespeeld door Greta Garbo, Marlène Dietrich en dichter bij huis door Sylvia Kristel en  Josine van Dalsum. Nu is er dus ook een stripbiografie. Een zeer verzorgd album met knap tekenwerk van Laurent Paturaud, voor ons tot nog toe onbekend. 
Tijdens de Eerste Wereldoorlog wordt Mata Hari ter dood veroordeeld door de Fransen op beschuldiging van spionage voor Duitsland. De strip begint op het moment van haar executie in 1917. Wat dan volgt is één lange flashback over het leven van de Nederlandse exotische danseres en courtisane.
In 1897 volgt ze haar man, officier in het Nederlandse koloniale leger, naar Nederlands-Indië. Na de dood van haar oudste zoontje vindt ze troost in de traditionele Indonesische dans, wat haar later zal leiden naar rijkdom en alle grote podia in Europa. In 1902 scheidt ze van haar man en keert terug naar Europa. In Parijs start haar carrière als courtisane en exotische danseres. Zich van haar schoonheid bewust wordt ze er het icoon van de Belle Epoque. Haar vele liefdesaffaires met Franse, Duitse en Russische officieren zijn legendarisch. Blijkbaar had ze een groot liefde voor mannen in uniform. Ze schuwt het gevaar niet en met zin voor enig risico wordt ze halfweg de Eerste Wereldoorlog agent “H21” voor de Duitse inlichtingendiensten en in 1916 neemt de Franse contraspionage haar in dienst. Begin ’17 keren haar kansen en wordt ze door Fransen gearresteerd en later gefusilleerd.
De scenariste is er in geslaagd deze legendarische figuur redelijk waarheidsgetrouw neer te zetten. Mata Hari wordt voorgesteld als een vrije moderne vrouw, niet bang van het gevaar. Ze leidt een onconventioneel leven als danseres en courtisane, de “uitvindster” van de striptease. Ze had zichzelf door haar dubbelspionage in een onmogelijke positie gewerkt en het was niet moeilijk voor de veiligheidsdiensten om haar te beschuldigen en te veroordelen. Als de oorlogsmoeheid de Franse gelederen binnensluipt gebruiken ze haar veroordeling voor patriottische doeleinden. Artikels over de executie van landverraders waren immers een goede manier om het moreel van de bevolking en vooral dat van de troepen op te krikken.
Naast het degelijke scenario zijn het toch de tekeningen die ons het meest beroerd hebben: een lust voor het oog. Een zeer aangename kennismaking met Laurent Paturaud.
Het album wordt compleet gemaakt met een goed gestoffeerd historisch dossier en als toetje krijgen we er een mooie bladwijzer bij.
Besluit: een zeer verzorgde uitgave!(HV)

Sprokkels en Brokkels

Een onverwacht originele kijk op James Ensor

Onze James De vrouwen van Ensor
Jan Bultheel / Eric Min
112 pagina’s
Lannoo

Verschenen op: 14/12/2023

In 2024 is het 75 jaar geleden dat de kunstschilder James Ensor overleed. Ter gelegenheid van het Ensorjaar 2024 komt uitgeverij Lannoo met “Onze James – De vrouwen van Ensor” een niet alledaagse graphic novel van de hand van Jan Bultheel.“Onze James” is een bijzondere graphic novel, niet zomaar een kunstbiografie. De aparte stijl van Jan Bultheel raakte ons meteen en gaf het gevoel dat we een kunstboek ter hand nemen. Via een zestal vrouwen die elk een band hebben met Ensor, komen we terecht in het Oostende van 1904. 
“Onze James” vertelt het verhaal van een doodgewone dag ten huize Ensor. In de winkel van de familie: “Au Magazijn Américain” gaat het leven zijn gangetje. Uit de conversaties van de zes vrouwen die de revue passeren puzzelen we ons, zonder dat we de artiest ook maar één keer te zien krijgen, een beeld van de mysterieuze schilder in elkaar. 
De winkel wordt gerund door zijn moeder Trinette Haegheman en zijn tante Mimi. De eerste kan geen kwaad woord horen over onze James en focust op de positieve zaken. Tante Mimi echter is steeds zeer rechtuit en nogal kritisch voor het werk van haar neef. Mietje, zijn zus, neemt net als haar broer het leven van de goede kant. Zij poseerde voor heel wat van zijn werken o.a. “de oestereetster”. Haar dochter Alex vergezelt haar oom op zijn uitstappen in Oostende, naar de Wellingtonrenbaan, naar zijn favoriete café de Falstaff.
Als Emma Lambotte de snuisterijenboetiek betreedt, fleurt Trinette op. De Antwerpse bewonderaarster zal Ensor introduceren in de kunstmilieus van de havenstad. De komst van Augusta Bogaerts, zijn “los-vaste vriendin” uit Brussel, zorgt voor enige deining. Ze komt nl. om met hem te trouwen, maar zal echter van een kale reis thuiskomen. Trinette en Mimi herkennen Augusta in een aantal naakttekeningen van onze James. Naast de vrouwen is er ook nog de “facteur” die ons enkele weetjes toespeelt.
Er worden ook enkele schilderijen zoals o.a. “De intrede van Christus in Brussel”, “De oude dame met maskers” en “De Intrige” geëvoceerd.
Deze graphic novel kreeg een heel eigen grafische stijl. “Onze James” is opgezet als een “kammerspiel”. De auteur gebruikte actrices om de scènes te fotograferen. Echte vrouwen van Ensor: gekapt, gemaquilleerd en in vol historisch ornaat. De decors werden digitaal in 3D ontworpen. Na dat voorbereidende werk werden de pagina’s laag per laag opgebouwd: een laag pentekeningen met personages, een laag pentekeningen met van het decor en een laag kleuren geïnspireerd op het werk van Ensor. Met als resultaat een buitengewoon boek, dat na meerdere keren lezen nog meer boeit. We hebben genoten van de paginagrote sfeerbeelden van de Oostendse belle époque. 
Een surplus zijn de gekke klankgedichten. Ze vragen wel extra concentratie van de lezer en ze zijn niet altijd even leesbaar neergepend. Maar van de taal met termen als “rozig makakkengat, onbevlekt Ensorblauw, kalkoenwit en klakkebussen roest” was het toch smullen.
Op het einde van de graphic novel hadden we het gevoel om nog meer van Ensors leven te willen ontdekken. Wie was onze James nu eigenlijk? Wel in het aansluitend nawoord kregen we alvast een bondig antwoord. Hier geeft Eric Min (Ensor biograaf) meer duiding bij de persoon James Ensor.
De auteurs zijn er in geslaagd om op een originele manier een onverwachte kijk op James Ensor te bieden. 
Auteur, regisseur en graphic novellist Jan Bultheel heeft net zoals in 2015 met het boek “Cafard” ook nu weer een onorthodox album afgeleverd, ééntje dat duidelijk opvalt zowel qua scenario als qua tekenwerk. 
Fans van Ensor zullen dit boek zeker tegenkomen op de vele tentoonstellingen en evenementen die er in dit Ensorjaar gepland zijn. Zie hier voor de planning in Oostende en Antwerpen. (HV)

James Ensor een online museum
Vlaamse kunstcollectie James Ensor
Een leven van excentrieke schilder-schrijver op Historiek.net
Cafard-film

Sprokkels en Brokkels
de sluwe vos

Een strip om voor te lezen.

Fauna en symboliek 
De sluwe vos
80 pagina’s
Jean-Claude Servais
Dupuis

Verschenen op: 14/12/2023

Servais komt deze keer niet met een verhaal dat zich afspeelt in zijn geliefde Gaume, maar met een bloemlezing van bekende en minder bekende legenden, fabels en verhalen ter ere van de vos. Deze ode aan de vos is opgebouwd uit een negental verhalen uit alle hoeken van de wereld, bol van symboliek. Vandaar ook de titel van deze nieuwe reeks : “Fauna en symboliek”. Servais situeert de verhalen wel in zijn heimat, de Ardennen, die hij als geen ander op papier kan toveren. Tussen de legenden en de fabels door is het verhaal van Juliette de rode draad door het album. In een feuilleton volgen we een moderne jonge vrouw die meedoet aan een sjamanistische ceremonie in de hoop dat ze haar dierentotem ontdekt. Haar totemdier blijkt de vos te zijn.
Naast Juliettes verhaal is het o.a. genieten van de legende over hoe de dieren aan hun staart komen of van de bekende fabel “De kraai en de vos”. Zelfs “De Kleine Prins en de vos“ ontbreken niet.
Servais belicht de vos in al zijn sluwheid en schoonheid, maar ook in zijn onpopulariteit bij boeren en jagers.
Dit album bewijst nog maar eens hoe dicht de Ardense tekenaar bij de natuur staat. De fauna en de flora zijn subliem getekend, zoals we van Servais gewoon zijn. De inkleuring van Guy Raives is alweer op topniveau. Voor de Servais-fan is er echter qua tekenstijl niet echt iets nieuws onder de zon. Vaak zijn het taferelen die we op de een of andere manier al eens in een eerder album zagen, maar toch blijven ze van uitzonderlijke kwaliteit. Het blijft een grafisch pareltje.
Tijdens het lezen maakten we ons spontaan de bedenking dat “De sluwe vos” een ideale strip is om aan kinderen voor te lezen en te tonen. Ook de toegift achteraan in het album: ”Het kind van de Ardennen”, een tekst van Adrien de Prémorel, spreekt echt tot de verbeelding. De levenscyclus van de vos beeldig beschreven en prachtig geïllustreerd met knappe potloodtekeningen van de meester.
Als Servais-bewonderaar kunnen we alleen maar toejuichen dat “De sluwe vos” een eerste deel is van een nieuwe serie. Volgens de auteur komen er in een zelfde concept nog delen over het hert, de raaf, de wolf, de haan, de kat en de beer. Dus veel om naar uit te kijken. (HV)

Sprokkels en Brokkels